Sluiten

Zoeken.

Artikelen

Activiteiten

Kennisbank

Podcasts

Projecten

Publicaties

Videos

Overig

Israël in oorlog

Terug naar overzicht

VN-waakhond heeft belangrijke maatstaf aangepast en de drempel voor het uitroepen van hongersnood in Gaza verlaagd

Door JNS - 

14 augustus 2025

Gaarkeuken Gaza

Palestijnen krijgen maaltijden van vrijwilligers in Gaza-stad, op 10 augustus 2025. | Foto: Ali Hassan/Flash90

De aan de Verenigde Naties gelieerde Integrated Food Security Phase Classification (IPC) heeft onlangs een “worst-case scenario van hongersnood” in Gaza afgekondigd, maar heeft daarbij stilletjes een van zijn belangrijkste meetcriteria aangepast, waardoor het gemakkelijker wordt om een dergelijke aanduiding te geven, zo meldde The Washington Free Beacon dinsdag.

In zijn beoordeling van 29 juli meldde het IPC, een coalitie van westerse regeringen, VN-organisaties en humanitaire organisaties, dat er “steeds meer bewijs is dat wijdverbreide hongersnood, ondervoeding en ziekte leiden tot een toename van hongergerelateerde sterfgevallen” in het door Hamas gecontroleerde gebied.

The New York Times, NPR, CNN en ABC News citeerden het rapport om een verband te leggen tussen de Israëlische hulpbeperkingen en massale hongersnood.

In tegenstelling tot eerdere beoordelingen introduceerde het IPC in zijn laatste rapport een nieuwe maatstaf voor ondervoeding, namelijk de bovenarmomtrek (MUAC), die traditioneel niet wordt gebruikt om hongersnood vast te stellen, zo ontdekte Free Beacon.

Daarnaast halveerde het IPC de percentagegrens voor het aantal kinderen dat aan ondervoeding lijdt dat nodig is om een hongersnood vast te stellen, van 30 procent naar 15 procent. Historisch gezien werd hongersnood uitgeroepen wanneer 30 procent van de kinderen acuut ondervoed was, gemeten aan de hand van gewicht en lengte, een methode die meer werk en precisie vergt dan MUAC, waarbij alleen een eenvoudige meeting van de armomtrek wordt gedaan.

Het is een behoorlijk grote verschuiving in de normen. Door de norm lager te leggen, wordt het gemakkelijker om hongersnood vast te stellen.

— Hulpverlener

De aangepaste criteria stonden alleen vermeld in een kleine voetnoot onder een grafiek getiteld “Wanneer wordt hongersnood vastgesteld?” en werden niet genoemd in het officiële “Famine Fact Sheet” van de IPC.

In de technische handleiding van de organisatie wordt MUAC vermeld als een aanvullende gegevensbron, niet als primaire basis voor het vaststellen van hongersnood. In de handleiding wordt benadrukt dat de IPC alleen een “hongersnoodclassificatie” kan geven als zij beschikt over “betrouwbare gegevens” op basis van gewicht- en lengtemetingen, of een andere maatstaf dan MUAC.

De wijziging heeft tot bezorgdheid geleid onder ervaren hulpverleners. “Het is een behoorlijk grote verschuiving in de normen”, zei een van hen tegen de Free Beacon. “Door de norm lager te leggen, wordt het gemakkelijker om hongersnood vast te stellen.” Een ander merkte op dat eerdere hongersnoodverklaringen in Somalië, Zuid-Soedan en Soedan gebaseerd waren op de hogere 30 procentnorm met gewicht-voor-lengte-metingen.

In Gaza laten de MUAC-metingen van de IPC zien dat acute ondervoeding bij kinderen onder de 8 procent ligt in Deir al-Balah en Khan Younis, en 16,5 procent in Gaza-Stad — net boven de nieuwe 15-procentgrens, maar ver onder de eerdere 30-procentnorm.

In het rapport van juli werd ook melding gemaakt van “ruim 20.000 kinderen” die tussen april en half juli werden behandeld voor acute ondervoeding, waaronder ruim 3.000 ernstig ondervoede kinderen, en ten minste 16 recente sterfgevallen onder kinderen als gevolg van honger. Deze cijfers zijn echter afkomstig uit “interne documenten” die niet openbaar zijn.

Veel van de gegevens van het IPC zijn afkomstig van het door Hamas geleide ministerie van Volksgezondheid in Gaza en gelieerde organisaties, waaronder Ard el Insan, een hulporganisatie die banden zou hebben met de militante groepering, aldus de Free Beacon.

Het IPC heeft niet gereageerd op vragen van de Free Beacon over de aangepast methodologie en de betrouwbaarheid van zijn bronnen.



De auteur

JNS

Doneren
Abonneren
Agenda