Niemand raakte gewond door de ontplofte raketten, maar honderden Israëli's moesten worden behandeld voor shockverschijnselen. Een derde raket bereikte Israël niet en ontplofte in het zuiden van Libanon.

Israël reageert

Het Israëlische leger (IDF) reageerde met een drietal beschietingen op de plaatsen in Zuid-Libanon waarvandaan de raketten werden gelanceerd. Op de vroege donderdagochtend kwam de Israëlische luchtmacht (IAF) in actie en bombardeerde voor het eerst sinds de Tweede Libanonoorlog in 2006 plaatsen in het zuiden van Libanon.

De Libanese president Michael Aoun, een lakei van het regime in Iran, had het lef om Israël van 'agressie' te beschuldigen.

Palestijnse terreurgroepen?

Israëlische media meldden dat het waarschijnlijk is dat Palestijnse terreurgroepen in Libanon verantwoordelijk waren voor de raketaanval, omdat deze groeperingen in de laatste maanden al twee keer eenzelfde soort aanval uitvoerden.

Hoewel dat zou kunnen, lijkt er voor deze Palestijnse groepen nu geen directe aanleiding aanwezig voor het plegen van een riskante raketaanval op Israël. De eerdere aanvallen op het noorden van Israël hadden te maken met het conflict dat Israël heeft met Hamas en met spanningen rond de Tempelberg in Jeruzalem.

Daar is het nu relatief rustig. Hetzelfde geldt voor de situatie in het zuiden van Israël, waar Hamas weliswaar regelmatig dreigt met het hervatten van raketaanvallen op Israël, maar dit dreigement tot nu toe niet in daden heeft omgezet.

Relatie tot situatie rond Iran?

Wanneer we nu kijken naar de raketaanval op Kiryat Shmona, dan lijkt het er op dat die meer te maken heeft met de toenemende escalatie in de schaduwoorlog tussen Iran en Israël. Iran voert een uitputtingsoorlog tegen Israël via een groot aantal milities en terreurgroepen in Gaza, Libanon, Syrië en door het uitbreiden van zijn invloedssfeer in de buurlanden van Israël.

In Jordanië bijvoorbeeld voert Iran een charmeoffensief om Koning Abdullah II zijn politiek te laten wijzigen ten opzichte van de Islamitische Republiek. De koning heeft de Iraniërs altijd op een afstand gehouden, maar laat de laatste tijd zien dat hij nu open staat voor betere betrekkingen met het regime in Teheran.

Abdullah in Baghdad

Vorige maand was Abdullah voor het eerst sinds hij in 1999 koning werd in Baghdad, de hoofdstad van Irak, en voerde daar gesprekken met de Irakese premier Mustafa Kadhimi over verbetering van de economische betrekkingen met zowel Irak als Egypte, dat ook deelnam aan de gesprekken via president Abdel Fattah el-Sisi.

De drie leiders sloten een akkoord over de aanleg van een oliepijpleiding van Irak via Jordanië naar Egypte. Aangezien Iran Irak beschouwt als een vazalstaat en een stevige grip heeft op alles wat er in Irak gebeurt, werd het akkoord door Israëlische experts gezien als bewijs dat Jordanië zich nu heeft geallieerd met de Islamitische Republiek.

Een dag nadat Abdullah terugkeerde naar Jordanië, begonnen de door de staat gecontroleerde media volledige financiële samenwerking met Iran te promoten. Jordanië wil ook voor het eerst Iranese toeristen toelaten in het Koninkrijk - iets dat tot nu toe onmogelijk werd gemaakt door de regering in Amman. Het Jordanese regime heeft zelfs een begin gemaakt met het promoten van het sjiitische geloof in Jordanië. Al deze ontwikkelingen worden door Israël met argwaan gevolgd.

Nieuwe tactieken Iran

Er is nog een derde verandering waarneembaar in het gedrag van Iran. Het regime in Teheran terroriseert nu Israëlische schepen in de Perzische Golf en de Golf van Oman en bedreigt het vrije internationale scheepvaartverkeer in deze waterwegen via piraterij.

Dat de aanval op Kiryat Shmona meer met de ontwikkelingen rond Iran te maken heeft kan worden gestaafd door observaties die media in Syrië maakten, een paar uur voordat de Israëlische stad met raketten werd bestookt.

Opnieuw explosie in Syrië

Syrische media en het Syrische Observatorium voor Mensenrechten meldden dat in de vroege uren van woensdag een hoofdkwartier van de Iranese strijdkrachten nabij Damascus was aangevallen en meldden luide explosies. Bij de explosie zouden doden zijn gevallen.

In dit geval werd niet direct een link naar de Israëlische luchtmacht (IAF) gelegd en werd er gespeculeerd over het gebruik van explosieven.

Feit is echter, zoals deze verslaggever zelf kon waarnemen, dat de IAF ongewoon actief was op woensdagochtend voor de raketaanval op Kiryat Shmona. Rond half elf in de ochtend vlogen er drie F-35 Adir-gevechtsvliegtuigen over het Meer van Galilea.

Deze drie nieuwe ‘stealth’ straaljagers kwamen vanuit het noorden van Israël en vlogen laag over het grootste meer van het land.

Later waren er in hetzelfde gebied ook Apache aanvalshelikopters waarneembaar.

Nieuwe raketaanval op vrijdag

Op vrijdagochtend werden opnieuw raketten afgevuurd op het noorden van Israël. De meesten van de tien raketten landden in open velden en sommige werden onderschept door het Iron Dome-antiraketschild.

Op het moment van schrijven van deze analyse bevindt de IDF zich nog in het midden van een reactie op de beschietingen.

Deze keer werd het snel duidelijk dat Hezbollah verantwoordelijk was voor de nieuwe raketaanval op Noord-Israël. De door Iran gesteunde terreurorganisatie gaf een verklaring uit waarin zij de verantwoordelijkheid op zich nam voor de nieuwe raketaanval en zei dat het een vergelding was voor de Israëlische reactie op de eerste raketaanval op Kiryat Shmona.

Spanningen rond Irans nucleaire programma lopen op

De conclusie zou dan ook moeten zijn dat al deze ontwikkelingen gerelateerd zijn aan de immer toenemende spanning tussen Israël en Iran dat volgens Benny Gantz, de Israëlische minister van Defensie nu slechts tien weken ontwikkeling verwijderd is van een nucleair wapen.

Gantz gaf op donderdag verder een duidelijke hint dat Israël nu klaar is om Iran rechtstreeks aan te vallen op haar agressieve activiteiten, maar nog meer vanwege het feit dat de Islamitische Republiek met de dag dichter bij de productie van een atoomwapen komt.

De Israëlische minister sprak de hoop uit dat de internationale gemeenschap gezamenlijk militaire actie tegen Iran zal nemen. De kans daarop lijkt echter uiterst gering vanwege de houding van de Europese Unie en de Amerikaanse regering van President Joe Biden, die nog steeds hopen via onderhandelingen een verandering in het gedrag van Iran teweeg te brengen en het kernwapenprogramma van het land te vertragen.