Jenin, een Palestijnse stad in het noorden van Samaria, was op maandagochtend opnieuw het tafereel van een uitgebreide actie van het Israëlische leger (IDF). Bij die actie, die op het moment van het schrijven van dit artikel nog voortduurt, kwamen tenminste vijf Palestijnse terroristen om het leven en raakten zeven IDF-soldaten gewond, vier van hen ernstig.

Het Israëlische leger gebruikte voor het eerst in twintig jaar gevechthelikopters om terreurcellen uit te schakelen en om de redding van de gewonde soldaten te verzekeren. Dit gebeurde nadat Palestijnse terroristen een bom tot ontploffing brachten die een jeep zwaar beschadigde en IDF-soldaten verwondde.

Confrontatie in Jenin

Ongeveer twintig IDF-voertuigen gingen op maandagmorgen Jenin binnen en werden daar ‘verwelkomd’ met een regen van kogels en lokaal vervaardigde bommen. Bij de daarop volgende schietpartij, die uren duurde, raakten tientallen Palestijnse terroristen gewond terwijl tenminste vijf anderen werden doodgeschoten door de IDF. Tientallen anderen raakten gewond in de schietpartij, waaronder elf zwaargewonde terroristen van de terreurgroep Palestijnse Islamitische Jihad (PIJ). Een viertal IDF-jeeps werd zwaar beschadigd in de schietpartij, waarschijnlijk door ontploffende mijnen die de terroristen hadden geplaatst.

De Palestijnse Autoriteit (PA) was er als de kippen bij om Israël te beschuldigen van een nieuw bloedbad en noemde de IDF-acties in Jenin “krankzinnigheid”. De acties van het Israëlische leger in Jenin zijn echter alles behalve krankzinnig. Ze waren nodig nadat de veiligheidstroepen van de PA de stad meden als de pest. Net als bij de tientallen vorige acties van de IDF in Jenin ging het om de arrestatie van terroristen. De twee gezochte terroristen waren lid van de terreurorganisatie Palestijnse Islamitische Jihad, die volledig door Iran wordt gesponsord.

Hoofdstad van terreur

Sinds het einde van maart 2022 is Jenin de plaats geweest waar de meeste terroristen vandaan kwamen die een nieuwe terreurgolf tegen Israël op gang brachten. Jenin wordt in Israël dan ook veelal aangeduid als de “hoofdstad van terreur”, nadat de stad ook tijdens de zogenaamde Tweede Intifada (2000 – 2004) het beginpunt was van terreuraanslagen tegen Israëli’s. De huidige IDF-acties tegen de terroristen in Jenin zijn vooral gericht op het voorkomen van terreuraanslagen en niet op het ontmantelen van de terreurinfrastructuur in de stad. Deze strategie heeft nu tot scherpe kritiek geleid bij sommige Israëlische experts op het gebied van de Palestijnse terreur. Zij argumenteren dat er een grote militaire actie moet komen tegen de terreurgroepen in Jenin en ook in Nablus, het Bijbelse Shichem in centraal Samaria. Een dergelijke grote IDF-actie leidde in 2001 en 2002 tot het herbezetten van de Palestijnse steden in Judea en Samaria.

Minister van Financiën, Betzalel Smotrich, die ook de ministersportefeuille voor Civiel Bestuur in Judea en Samaria beheert, is ook een voorstander van een grootschalige militaire actie tegen de Palestijnse terroristen. Smotrich zei in een verklaring dat de tijd gekomen was om de chirurgische IDF-acties in Jenin te beëindigen. In plaats daarvan zou het Israëlische leger tanks en de luchtmacht moeten gebruiken om de terreurbroeinesten te vernietigen, zei Smotrich. Zijn opinie werd gedeeld door prominent Likud-lid Danny Danon en Avigdor Liberman, voormalig minister van Defensie en nu oppositieleider.

De Israëlische binnenlandse veiligheidsdienst Shin Beth is naar verluidt ook voorstander van een grote militaire operatie in Judea en Samaria. Dit omdat de terroristen daar werken aan de ontwikkeling en productie van geavanceerde wapens zoals raketten en, zoals op maandag bleek, zware mijnen. De terreurgroepen in Judea en Samaria zijn nu klaarblijkelijk ook in het bezit van luchtdoelraketten die waarschijnlijk door Iran zijn geleverd. De IDF-helikopters werden beschoten tijdens de actie in Jenin.

Iran

De terreurgroepen in Judea en Samaria beschikken verder over grote hoeveelheden schietwapens die door smokkel en diefstal uit IDF-kazernes zijn verkregen. Iran organiseert en financiert de smokkel van deze wapens, waaronder luchtdoelraketten. Het is geen toeval dat PIJ de grootste terreurgroep is in Jenin. Het Iraanse filiaal in het centrum van Israël wordt geacht een prominente rol te spelen in het creëren van een vierde front in de langverwachte meervoudige frontenoorlog door de Iraanse ‘verzetsas’.

Israël zal dus actie moeten ondernemen regen de groei van PIJ, Hamas en andere nieuwe terreurgroepen. Zowel in Jenin als Nablus zijn er groepen jongeren die zich sinds 2022 hebben georganiseerd en nu deelnemen aan de huidige terreuroorlog tegen Israël. Onder hen is een groep met de naam ‘Leeuwenkuil’ die vorig jaar werd gedecimeerd door een IDF-actie in Nablus. De groep werd toen uit elkaar geslagen, maar is nu weer terug aan het front. Deze nieuwe groepen werden opgericht met behulp van de sociale media waar Iran ook zeer actief is. De meestal jonge terroristen in deze groepen werden na de zogenaamde Tweede Intifada geboren en zijn dus niet getraumatiseerd door deze oorlog, die in een Palestijnse nederlaag eindigde.

Het grotere plaatje

De Israëlische regering en het veiligheidsapparaat van de Joodse staat kijken naar al deze ontwikkelingen en zien het grotere plaatje. Iraanse leiders zoals Ayatollah Ali Khamenei en Hossein Salami, de commandant van de Islamitische Revolutionaire Garde in Iran, hebben openlijk gezegd dat zij de Palestijnse terroristen helpen in de strijd met Israël. Op het moment van de IDF-inval in Jenin waren de leiders van PIJ en Hamas in Teheran. Daar voerden zij onder meer besprekingen met president Ibrahim Raisi.

Binnen de IDF bestaat echter weerstand tegen een nieuwe grote actie tegen de Palestijnse terreurgroepen in Judea en Samaria. Men denkt daar dat men de zaken via de huidige acties onder controle kan houden en wil zich richten op de andere fronten in Gaza, Libanon en Syrië.

De IDF heeft samen met de Israëlische luchtmacht de afgelopen drie weken intensief geoefend voor de te verwachten oorlog met de Iraanse verzetsas. Op zondag jl. werd er onverwacht een nieuwe oefening gehouden in het Israëlische luchtruim boven de grens met Libanon. Tientallen IAF-gevechtsvliegtuigen en drones namen deel aan deze oefening, die paniek veroorzaakte onder de burgerbevolking in het grensgebied met Libanon. De Israëli’s daar dachten dat de oorlog al begonnen was. Later verklaarde de IAF dat het om een oefening ging, maar dat kon de boosheid onder de bevolking niet wegnemen. Militaire oefeningen worden in Israël namelijk altijd van te voren aangekondigd.

Update:

Vandaag dinsdag 20 juni werden vier Israëli's doodgeschoten in een tankstation nabij het Eli kruispunt in Samaria. Drie anderen werden verwond in de aanslag. De IDF maakte bekend dat de aanslag werd uitgevoerd door twee terroristen waarvan er een nog voortvluchtig is. Korte tijd na deze ernstige aanslag kwamen er berichten binnen over nog een aanslag. De aanslag bij het dorp Eli brengt een uitgebreide militaire actie, zoals Defensive Shield in 2002, weer een stap dichterbij.