Dit artikel gaat over de eerste zeven maanden van premier Naftali Bennett en zijn ‘regering van verandering’. Het artikel bevat ook een vertaling van een gedeelte van het eerste grote interview dat Bennett vorige week gaf aan The Jerusalem Post.
Naftali Bennett, de nieuwe Israëlische premier, is nu ruim zeven maanden de leider van Israël. Hij heeft de zaken in de Joodse staat voortvarend aangepakt sinds zijn aantreden. De nu 49-jarige Bennett kwam onverwachts aan de macht. De reden hiervoor was dat hij bereid was om zitting te nemen in een regering die naast rechtse partijen ook linkse politieke groeperingen en zelfs een Arabische Islamistische partij omvatte.
Bennett heeft zijn premierschap echter voornamelijk te danken aan Yair Lapid. Hij de leider van de grootste coalitiepartij Yes Atid (17 zetels) en zou nu in theorie de premier van Israël moeten zijn. Lapid zette echter zijn ego opzij en deed er alles aan om Bennetts partij Yamina binnen te halen om zo een “regering van verandering” mogelijk te maken. Yamina, de partij van Bennett, won slechts zeven zetels bij de laatste verkiezingen in maart vorig jaar. De partij verloor daarna nog een zetel omdat partijlid Amichai Chikli tegen de samenstelling van de nieuwe regering was.
Uiteindelijk werd de nieuwe regering vorig jaar juni ingezworen. Dit nadat Lapid als formateur erin slaagde om een vrij uniek regeringsakkoord samen te stellen. Met dit akkoord wist hij de schijnbaar onoverbrugbare tegenstellingen van de partijen in de nieuwe coalitie te tackelen. De oppositie, aangevoerd door Likoed-leider en ex-premier Benyamin Netanyahu, heeft met haar 59 zetels voortdurend geprobeerd om de nieuwe regering te laten vallen. Tot nu toe is de oppositie daar niet in geslaagd. Dat is vooral te danken aan de samenwerking tussen Lapid en Bennett. Zij kunnen goed met elkaar overweg, ondanks ideologische tegenstellingen.
Interview met The Jerusalem Post
Bennett gaf afgelopen week voor het eerst een uitgebreid interview. Hij koos daarvoor de Engelstalige Israëlische krant The Jerusalem Post (JPost). De reden daarvoor, zei Bennett, was dat zijn moeder de krant al decennia leest en nu dus ook het interview met haar zoon. Tijdens het interview met JPost onthulde Bennett dat zijn (nog jonge) kinderen worden getreiterd op school met het feit dat hij een politieke ommezwaai maakte die zijn premierschap mogelijk maakte.
Bennett maakte voor de laatste verkiezingen deel uit van het zogenaamde ‘nationale kamp’ in Israël. Dat kamp bestond uit de partijen Likoed, religieuze zionistische partijen en andere rechtse partijen en regeerde Israël bijna onafgebroken voor 20 jaar. Bennett hoopt nu een nieuw nationaal kamp samen te stellen, waar ook ruimte is voor de linkse zionistische partijen.
We moeten de komende vijftig jaar ruimte creëren voor links en rechts, seculier en religieus, om te praten zonder haat.
— Bennett over het nieuwe nationale kamp
Hieronder kunt u de meest belangrijke gedeeltes uit het interessante interview lezen:
“Ik geloof dat we iets groots hebben gedaan, maar het is nog maar het begin. We moeten de komende vijftig jaar een ruimte creëren voor links en rechts, seculier en religieus, om te praten zonder haat”, zei Bennett over het nieuwe nationale kamp.
“Ik ben religieus-zionistisch opgegroeid en met een gehaakte keppel. Ik was in Sayeret Matkal [de verkenningseenheid van de generale staf], sommigen waren rechts en sommigen waren links, maar links zijn onze broeders. Ze dienden met mij en riskeerden hun leven. Ik ben niet beter of slechter dan een seculier persoon. Ik heb mijn overtuigingen. Dat is de weg, de weg van eenheid. Rechts is de liefde van het land, maar ook de liefde van ons volk; en bovenal ben ik een Jood” zei Bennett.
Gevraagd naar het bestaan van zijn regering zei Bennett het volgende:
“Er was een gevoel van verantwoordelijkheid om het land weer op de rails te krijgen. Deze regering, die zeer complex is, heeft iets geweldigs gedaan, echt geweldig. We namen een land dat in een neerwaartse spiraal van vier verkiezingen zat weg van de vijfde en zesde verkiezingen. Het land zat totaal vast, zonder staatsbegroting. Alle systemen waren uitgeschakeld. Het Israëlische leger (IDF) kon niet uitrusten; er was een verlies aan controle waar het ging om criminaliteit in de Arabische sector; we hadden een negatieve economische groei van 2%. We hebben het land weer aan het werk gezet (er is nu 7 procent economische groei red.)”.
Normen en waarden
Bennett legde vervolgens uit dat zijn regering normen en waarden hanteert als uitgangspunt:
“Ik ben niet alleen de premier van Israël, ik ben het hoofd van een nieuw nationaal kamp dat gelooft in waarden en niet slechts in één specifieke persoon. Ik ben erg trots dat ik deze standpunten als premier uitspreek, of ik nu opsta tegen de VS toen ze zich tot mij wendden en me onder druk zetten om een Amerikaans consulaat voor de Palestijnse Arabieren in Jeruzalem op te richten. Ik zei tegen de president dat ik hem respecteerde, maar dat de staat Israël maar één hoofdstad heeft. Dat is Jeruzalem en Jeruzalem is de hoofdstad van één staat, Israël.
De waarden die ik breng komen tot uiting in het Golan plan, om daar het aantal inwoners te verdubbelen en de Golan Hoogvlakte te ontwikkelen. Kijk hoe mooi het is dat we links erbij halen om het te steunen, iets wat in het verleden niet gebeurde. Ik stopte de geldstroom en koffers met geld naar Hamas, en meer.
Israël heeft maar één hoofdstad, Jeruzalem. En Jeruzalem is de hoofdstad van één staat: Israël.
Als premier van Israël ben ik een Jood, een Israëliër, een man van het nationale kamp, en ik denk dat dit kamp de komende jaren zal groeien en we zullen zeker manieren vinden om het te laten groeien.”
Bennett sprak vervolgens over Israëls plaats in de wereld:
“Onze internationale reputatie bloeit. Toen ik bij de klimaattop in Glasgow was, kwamen zoveel leiders naar me toe en wilden alleen maar praten over Covid, cyber en innovatie. Ze waren ook geïnteresseerd in mijn persoonlijke achtergrond, want het is niet gebruikelijk dat een hi-tech ondernemer staatshoofd wordt.
Mijn punt is dat Israël uit het kader van het Israëlisch-Palestijnse conflict wordt gehaald. Het conflict bestaat en ik ontken het niet. We hebben ermee te maken. Maar ik weiger Israël te definiëren aan de hand van het conflict.”
Bennett over Iran
Gevraagd naar zijn gedeeltelijk andere politiek in de crisis met Iran zei Bennett het volgende:
“Wij en de Amerikanen zien niet alles hetzelfde wanneer het over Iran gaat. Iran is het epicentrum van de veiligheidsproblemen in het Midden-Oosten en zeker voor Israël. Decennialang omhult de Iraanse octopus, met zijn kop in Teheran, Israël met zijn tentakels. Of het nu Hezbollah in het noorden is, de (Palestijnse) Islamitische Jihad en Hamas in Gaza, of de milities aan de grens met Syrië, ze vallen ons aan. Helaas viel Israël in de val en vocht tactisch tegen de tentakels van de octopus. Maar de octopus zelf is Iran.
Mijn doctrine stelt dat ik in deze koude oorlog met Iran Israël niet zal toestaan dat het eenzijdig is. Ik wil Iran verzwakken en hun kracht op alle vlakken verminderen. Een overeenkomst die tientallen miljarden dollars naar dit verrotte en zwakke regime zal sturen, zal een vergissing zijn. Dit omdat dat geld naar terreur gaat tegen IDF-soldaten en Amerikanen in de regio. Als het geld de schatkist van Iran binnenkomt, vallen ze Amerikaanse soldaten aan... via hun buitenlandse partners.
We denken dat Iran zich in een moeilijke situatie bevindt. Ze zijn erg zwak en we mogen ze geen geld geven als duwtje in de rug. We geven deze boodschap door aan de Westerse landen die in Wenen met Iran onderhandelen. De Israëlische strategie hangt niet af van het feit of er een overeenkomst is of niet. We zullen onszelf beschermen. Zelfs als er een overeenkomst is, zijn we er niet aan gebonden. We zullen onze vrijheid van handelen behouden.
We bouwen aan een strategie die in ieder geval valide is. De campagne heeft twee doelen. De eerste is om de regionale invloed van Iran terug te draaien. Ze hebben niets te zoeken in onze regio, duizend kilometer van huis. Ik wil Iran niet zien in Syrië of aan onze grenzen. We hebben de kwaliteit en de reikwijdte om de aanvallen op Iran in Syrië te intensiveren en de boodschap aan hen is: ga weg!
De tweede missie is om Iran voor altijd ver weg te houden van een uitbraak naar een nucleair wapen. Ik sta achter beide dingen.”
Moeilijke erfenis
Bennett maakte vervolgens in bedekte termen duidelijk dat hij vindt dat de Iran-politiek van de vorige regering heeft gefaald:
“Het is geen geheim dat ik een moeilijke erfenis heb gekregen. Onder de laatste regering bereikte Iran het meest geavanceerde punt in zijn nucleaire programma. Het verrijkte uranium tot 60%. Het is onbegrijpelijk. Alle rode lijnen die in de loop der jaren waren getrokken, werden overschreden en er gebeurde niets. Dat is de situatie die ik heb geërfd, maar ik heb meteen gehandeld. We hebben een grote investering van miljarden gedaan om het leger uit te rusten met diverse instrumenten. We hebben ook andere investeringen gedaan die relevant zijn, zodat we alleen op onszelf kunnen vertrouwen.
Tegelijkertijd zeggen we zeker tegen onze vrienden in de VS en in Europa dat Iran poker speelt met een zeer zwakke hand, maar dat ze bluffen. Dit is één van de zwakste regimes sinds de Islamitische Republiek werd opgericht. De munteenheid van Iran is ongelooflijk zwak. Delen van het land krijgen geen kraanwater, zoals in de regio Isfahan. Er zijn demonstraties van leraren, rechters, gepensioneerden. Er is een enorme teleurstelling onder de bevolking omdat ze beloofden dat deze regering van president Raisi de economie zou verbeteren. De situatie is echter nog rotter dan voorheen.
Het laatste wat je met een terreurstaat als deze doet, is ze tientallen miljarden dollars geven. Je zou het tegenovergestelde moeten doen; je moet ze verzwakken. Ze zouden een dilemma moeten hebben stellen en zullen moeten kiezen tussen de voortdurende jacht op kernwapens of het voortbestaan van het regime zelf.
Hoe dan ook, we hebben een strategie ontwikkeld en handelen ernaar.”
Bennett over de coronacrisis
De premier ging later ook in op zijn aanpak van de coronacrisis en bestreed de kritiek die er op hem wordt geuit.
“Wanneer het om Omicron gaat, hebben we een zeer belangrijke stap gezet. We waren de eersten ter wereld die het luchtruim sloten. Dat leverde een tijdsvoordeel op van vier weken om te zien wat er in Europa gebeurt en om van anderen te leren. We hebben gezien dat Omicron erg besmettelijk is, maar minder gevaarlijk, hoewel het nog steeds gevaarlijk is.
Ik denk dat veel landen naar Israël als voorbeeld kijken. Ik heb via WhatsApp contact met leiders van andere landen en men is benieuwd wat onze aanpak is”,aldus Bennett, die ook zei dat de zogenaamde ‘lockdowns’ niet werken.
Onze aanpak is om een open economie te behouden en de openbare veiligheid te beschermen. Elke lockdown kost NIS 60 miljard (ruim 17 miljard euro), wat ten koste gaat van de gezondheid van onze kinderen die lange tijd niet naar school gaan. Ik geloof niet in deze weg.”