Sluiten

Zoeken.

Ontdekking Dode Zeerol wekt verwachting van meer vondsten

Door Amanda Borschel-Dan - 

22 maart 2021

2020 Website CVI (84)

Grot waar Dode Zeerollen zijn gevonden.

Met nog twintig veelbelovende nog op te graven grotten – en 25% meer Judese Woestijn die nog onderzocht moet worden, is het onwaarschijnlijk dat de vondsten in de ‘Grot van Verschrikking’ de laatste is.

Op een dag gebeurde het dat de Israël Antiquiteiten Autoriteit de eerste in tientallen jaren gevonden Bijbelrolfragmenten openbaar maakte; er waren ook andere schitterende artefacten uit de Grot van Verschrikking, die zich boven de Dode Zee bevindt, tevoorschijn gekomen. Zo werd er een enorme, ruim tienduizend jaar oude, compleet geweven mand gevonden. Deze mand is de oudste ter wereld. Misschien is nog wel het meest bijzondere nieuws dat er nog twintig andere veelbelovende grotten met potentiële op te graven schatten zijn.

Dat betekent dat tientallen aan het publiek getoonde fragmenten, het begin zouden kunnen aangeven van een opwindend nieuwe tijd van ontdekkingen, 60 jaar na de laatste grote vondst van boekrollen.

Misschien is nog wel het meest bijzondere nieuws dat er nog twintig andere veelbelovende grotten met potentiële op te graven schatten zijn.

Een gedurfde operatie

Sinds 2017 heeft de IAA een ambitieus onderzoek opgezet van ongeveer vijftig grotten in de Judese Woestijn. Dit was een niet eerder voorgekomen, breed opgezette en fysiek gedurfde operatie. Daarbij hoorde ook de afdaling van rotspartijen via touwen en het opzetten van werkkampen op steile rotsen.

Het gestelde doel van de operatie is om de rovers van antiquiteiten die deze grotten uitkammen, net een stap voor te zijn. In dergelijke grotten werden de originele kruiken van de Dode Zeerollen gevonden door bedoeïenenherders in 1946.

Amir Ganor, het hoofd van de anti-diefstal eenheid van de IAA, vertelde aan een verslaggever dat in de geplande operatie de meeste van de ruim zeshonderd grotten in de Judese woestijn al in kaart gebracht zijn. Hierbij werd onder andere dronetechnologie ingezet. Dit werk heeft zo’n twintig grotten naar voren gebracht met het potentieel voor goede artefacten. Deze zullen hopelijk zorgvuldig uitgegraven worden in de tweede fase van het project. Nog eens 25% van de woestijn moet nog in de eerste fase nauwkeurig bekeken worden.

Het doel van de operatie is om de rovers van antiquiteiten net een stap voor te zijn.

De operatie wordt uitgevoerd door de IAA in samenwerking met de stafleider van het Archeologische Departement van het Burgerlijke Bestuur in Judea en Samaria (COGAT). Gedeeltelijk is het gefinancierd door het ministerie van Jeruzalem Zaken en Erfgoed. Elk van de drie instituties zetten ongeveer een derde van het bedrag voor het hele project apart hiervoor.

De onderlinge samenwerking is de sleutel tot het succes van de operatie. Ongeveer de helft van de Judese Woestijn, waar de originele bron van de meeste van de Dode Zee Rollen in Qumran zich bevindt, ligt op de Westoever buiten de Groene Lijn, waar de IAA geen wettelijk gezag over heeft. Maar de COGAT archeologen hebben zich naadloos aaneengesloten in teams, waardoor het werk in de hele Judese Woestijn mogelijk is.

“We weten nu wat er in vijfhonderd grotten gebeurt, wat de moeite waard is om te bewaren, wat verder geïnspecteerd moet worden en wat we kunnen laten gaan,” zei Ganor. Het team gebruikt een mix van hightech onderzoeksmethoden om de veelbelovende grotten te monitoren, zei hij, zonder feitelijk precies iets uit te graven.

De rovers voor zijn

Misschien is het belangrijker, benadrukte Ganor, dat dit de eerste keer is in zijn 25 jaar in de antidiefstal eenheid van de IAA, dat Israël de plunderaars te slim af is. Tijdens de laatste jaren sinds het intensieve werk van de IAA in de Woestijn van Judea begon, zei hij dat er hier helemaal geen plunderaars zijn. “Ze zeggen dat wij sterk zijn en investeren in mensen en in geld. Om die reden blijven ze weg,” zei hij. “Israël heeft zo’n zestig jaar verlies geleden op dit gebied, maar nu eindelijk zijn we de winnaars; we komen er eerder dan de plunderaars,” zei Ganor. Elk artefact dat zijn team onthult is pure winst, en voorkomt de diefstal van het erfgoed en de vernietiging van menselijke geschiedenis.

Ganor – een lange man die wel een paar koppen groter is dan deze verslaggever - was een van de drie IAA managementleden die zich met touwen vanaf de kliffen liet zakken en binnen de grotten zich klein maakte om de niet eerder geziene schat te ontdekken.

Grot van Verschrikking

Dr. Ofer Sion (60) leidde een team in een grot met de toepasselijke naam ‘Grot van Verschrikking’. Deze grot ligt zo’n tachtig meter beneden het oppervlak van de klif. Hier werden skeletten van de Bar Kochba opstand ontdekt tijdens eerdere opgravingen in de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw.

Sion, hoofd van het IAA onderzoeksprogramma, is niet onbekend met de Judese Woestijn. Ook is hij bekend met het afdalen via touwen. Hij onderwees dit in 1984-1986 bij Ein Gedi, wat richting het noorden aan de kusten van de Dode Zee ligt. Al met al heeft hij veertig jaar in de woestijn doorgebracht.

Terwijl Sion met de media sprak, zei hij dat hij oorspronkelijk onzeker geweest was of er nog iets meer te vinden was in de grot vanwege eerdere opgravingen. Toen hij zichzelf echter naar beneden liet zakken met zijn hoofd op de grond, vond hij een leren sandaal en twee munten. Hij realiseerde zich dat de grot nog meer te bieden had.

“Dit is een vondst van één keer in de honderd jaar,” zei dr. Sion over de laatste rolfragmenten.

Een nieuwe ontdekking

Sion legde uit dat Aharoni in de jaren vijftig van de twintigste eeuw opgravingen deed volgens de praktijken uit die tijd, met technologie van die eeuw. Tijdens de drie weken van het nieuwe team in de grot, was het meeste wat ze deden het te voorschijn halen van ‘niet geziene’ voorwerpen: zoals fragmenten van rollen, munten, en zelfs een gemummificeerd kind van ongeveer zesduizend jaar oud.

Sion zei dat de ontdekking van ongeveer tachtig fragmenten van rollen – sommige zo dun dat er nauwelijks letters op te vinden waren – mogelijk was dankzij het droogzeven van de aarde door Aharoni. “Dit is een vondst van één keer in de honderd jaar,” zei hij over de laatste rolfragmenten. En het gebeurde bijna helemaal niet. Alleen de scherpe ogen van de archeoloogbotanicus die in het team zat en die gewend is aan het zien van minuscule zaadjes en pollen, onderscheidden de letters tussen het stof.

”Je hebt overal stof, op je bril, in je gezicht, en de fragmenten van de rol hebben de kleur van steen. Alleen de archeoloogbotanicus zag de kleine woorden. Het was verbazingwekkend,” zei hij.

Vervolgens kwamen twee teamleden, die werkten met metaaldetectors - een technologie waarover Aharoni niet de beschikking had waardoor hij de bundel met de Bar Kochbamunten niet zag – naar hem toe met een handvol van iets wat opgevouwen was. Het leek op het eerste gezicht op afval. Het waren echter de eerste van verschillende in elkaar gevouwen ‘klompjes’ met rolfragmenten.

“Wij archeologen zijn een beetje dwaas,” zei Sion. Elke dag liet hij zich spelenderwijs naar beneden zakken richting de grot, en klom hij z’n weg weer naar boven. “Toen ik de rolfragmenten in mijn tas had, was ik in een minuut weer boven.”

Het leek op het eerste gezicht op afval. Het waren echter de eerste van verschillende in elkaar gevouwen ‘klompjes’ met rolfragmenten.

Medewerking

In zijn wijd opgezette operatie was niet elk teamlid een ervaren archeoloog zoals Ganor en Sion – of zelfs in het geheel geen archeoloog. Er kwamen in de twintig mensen met archeoloog Rotem Raz mee die een achtergrond in geologie en onderzoek hadden, en met heel veel ervaring op het gebied van met touwen zich verplaatsen.

Raz zelf had voorafgaand aan de operatie de taak om de grotten met drones te onderzoeken; hij ging fysiek naar de openingen van de grotten, voorzag de veelbelovende grotten van een merkteken voor de archeologen en bracht hun materialen naar beneden. Onderdeel van de voorbereiding was ook het drillen van ankers in de rotsen voor de touwen en metalen handgrepen. Na de opgraving werd dit alles weer verwijderd.

Raz verzamelde grote hoeveelheden data tijdens de veldoperatie, wat een meer compleet beeld oplevert. Het onderzoek gaat nog steeds door. Er van uitgaand dat meerdere fondsen toegezegd zijn, is de volgende fase van de operatie potentieel mogelijk.

“Wij zijn de enigen die in staat zijn dit nu te doen. We zijn ermee bezig en deze keer de plunderaars te snel af,” benadrukte dr. Joe Uziel, hoofd van de Dode Zee Rollen eenheid. Het werk zal vereisen dat er interdepartementale en interministeriële samenwerking plaats vindt, en natuurlijk meer financiering. Maar tijd is van wezenlijk belang en de klok tikt, zei hij.

Uziel zei: “Als we de ‘Grot van Verschikking’ twee weken later hadden gedaan, ben ik bang dat we de rolfragmenten misschien online te koop zouden zien aangeboden worden. De mand zou op de markt geweest zijn – of helemaal kapotgemaakt. Het gaat ons niet om de religieuze teksten. Het gaat om cultureel erfgoed.”

Dit artikel is geschreven door Amanda Borschel-Dan en verscheen op 16 maart 2021 op de website van The Times of Israel. Vertaling: Evelien van Dis

Anonieme auteur artikelen

De auteur

Amanda Borschel-Dan

Doneren
Abonneren
Agenda