Ruim een week nadat in Israël één van de ergste terreuraanslagen in de geschiedenis van de staat werd herdacht, is er sprake van een nieuwe dodelijke terreurgolf. De gepleegde aanslagen hebben tot nu toe aan veertien Israëli’s het leven gekost.

Honderden anderen werden verwond bij een reeks van steek- en schietaanslagen. De terreur begon met een steekaanslag in de stad Beer Sheva en bereikte vorige week het hoogtepunt. Een Palestijnse terrorist pleegde een schietaanslag op een bar in de drukke hoofdstraat Dizengoff in Tel Aviv.

Op de eerste avond van Pesach in 2002 vond er een zelfmoordaanslag plaats in het Park Hotel in Netanya. Deze aanslag was zonder twijfel een van de meest dodelijke sinds de Tweede Intifada, die in september 2000 begon. Deze aanslag kostte dertig Israëli’s het leven en leidde tot de herbezetting van Palestijnse steden door het Israëlische leger (IDF).

Ik herinner me, net als vele andere Israëli’s, waar ik was toen ik voor het eerst hoorde over de aanslag in het Park Hotel. Dat was tijdens het ochtendgebed op de eerste dag van Pesach. Nadat de hoofdgebeden waren gereciteerd, kwam de rabbijn van de synagoge het podium op en nam het woord. Hij zei dat het een hoogst ongebruikelijke stap was maar dat hij het publiek wilde informeren dat er een bloedbad had plaatsgevonden in een hotel in Netanya, waarbij dertig landgenoten waren vermoord.

Het was daarop doodstil in de synagoge en de spanning was duidelijk voelbaar.

Zelfmoordhoofdstad

Dezelfde dag werden IDF-reservisten opgeroepen en maakte het Israëlische leger een begin met de herbezetting van de Palestijnse steden, inclusief Jenin in Noord-Samaria. Jenin werd in die tijd in Israël aangeduid als de ‘zelfmoordhoofdstad’, omdat daar een aanzienlijk gedeelte van de zelfmoordterroristen vandaan kwamen.

Het vluchtelingenkamp in Jenin vormde een bijzondere uitdaging voor de IDF, omdat Palestijnse terroristen de ingangen van huizen hadden voorzien van boobytraps. Het leger besloot daarop om via het gebruik van springstoffen gaten in de muren van huizen te slaan en zo doorzoeking van de panden mogelijk te maken, zonder dat er soldaten zouden sneuvelen.

Uiteindelijk kwamen tijdens de inname van het vluchtelingenkamp toch 29 IDF soldaten om het leven. De media lieten zich echter misleiden door Palestijnse propaganda en rapporteerden volledig ten onrechte dat de IDF een bloedbad had aangericht in het vluchtelingenkamp in Jenin.

Jenin is altijd een bolwerk van terrorisme gebleven, zoals de laatste twee weken lieten zien. De schietaanslag in Bnei Barak op 29 maart jl. werd ook uitgevoerd door een terrorist die afkomstig was uit Jenin. Bij die aanslag werden vijf mensen gedood. Onder hen een rabbijn en twee vluchtelingen uit Oekraïne.

De aanslag op de Ilka Bar in Dizengoff (Tel Aviv) leidde tot grote paniek en chaotische taferelen. Honderden agenten, leden van de grenspolitie en zelfs IDF-soldaten zochten koortsachtig naar de terrorist. Ze vonden hem niet voordat het ochtend werd. Net als bij de aanslag op het Park Hotel zien we nu dat er een keerpunt heeft plaatsgevonden in de manier waarop Israël omgaat met de nieuwe golf terroristische aanslagen.

Nog een aanslag

De IDF kwam grootscheeps in actie nadat elite-eenheden van de Israëlische politie, de binnenlandse veiligheidsdienst Shin Beth en de IDF Ra’ad Fathi Razzem, de terrorist die de Dizengoff aanslag uitvoerde, had doodgeschoten. Razzem werd aangetroffen in Jaffa, drie kilometer verwijderd van de bar in Dizengoff. Hij doodde drie Israëli’s en verwondde twaalf anderen voordat hij wegvluchtte. De uit Jenin afkomstige terrorist bleek nog twaalf kogels in zijn geweer te hebben. Volgens tv-station KAN 12 wilde hij zich in de moskee van Jaffa verborgen houden tot Seideravond, de eerste avond van Pesach. Onderzoekers van de Shin Beth zeggen dat Razzem tijdens de Seideravond opnieuw een schietaanslag wilde uitvoeren in Tel Aviv.

Razzem was lid van de Palestijnse Islamitische Jihad, een terreurorganisatie die wordt gesponsord door Iran. De organisatie neemt haar orders van de Quds Brigade van de Iraanse Revolutionaire Garde (IRG).

De IDF, bijgestaan door de YAMAM elite-eenheid van de Israëlische politie en Shin Beth agenten, trok op zaterdag Jenin binnen. Ze wilden het huis van Razzem in kaart brengen, voordat het zou worden opgeblazen. De troepen kwamen echter onder vuur te liggen. Bij de daaropvolgende schietpartij, werd Ahmad Saadi, ook een lid van de Palestijnse Islamitische Jihad, gedood. Dertien andere Palestijnse Arabieren raakten gewond tijdens de operatie. Onder hen bevond zich een 19-jarige vrouw die in haar hoofd werd geraakt door granaatscherven. Eerder arresteerden de Israëlische veiligheidstroepen in Jenin een terreurcel die werd aangeduid als een ‘tikkende tijdbom’.

Tijdens de Israëlische acties in Tulkarm, Nablus en Jenin, achtervolgden de veiligheidstroepen een terreurcel die van plan was Israël binnen te trekken om een nieuwe aanslag uit te voeren. De groep terroristen wierp daarop een tas uit hun auto waarin een automatisch geweer werd gevonden samen een dozijn kogels. Zij ontsnapten echter en vluchtten in de richting van de Israëlisch-Arabische stad Umm el Fahm.

Umm el Fahm kwam kort geleden herhaaldelijk in het nieuws, toen twee ISIS terroristen een dodelijke schietaanslag uitvoerden in de Noord-Israëlische stad Hadera. De stad is ook een bolwerk van extremisten en leden van de Islamitische Beweging in Israël. Sinds de aanslag in Hadera heeft de Israëlische politie al meer dan honderd Arabieren gearresteerd die banden onderhielden met de Islamitische Staatgroep.

Er werden tijdens het weekend ook incidenten gemeld in andere Palestijnse steden zoals Jericho in de Jordaanvallei.

De vraag is nu of deze nieuwe golf van Palestijns geweld zal uitmonden in een nieuwe Intifada. Dit zal vooral afhangen van eventuele nieuwe terroristische aanslagen en de reactie van Israël daarop. Vast staat dat Hamas en PIJ het geweld willen aanwakkeren en dat er gedurende de Ramadan dagelijks meer geweld zal zijn.