Sluiten

Zoeken.

Artikelen

Activiteiten

Kennisbank

Podcasts

Projecten

Publicaties

Videos

Overig

Interview

Israël Aktueel

Terug naar overzicht

Het tweede wonder van Bethlehem

Door Ds. Henk Poot - 

26 december 2025

Voorkeur IMG_9360

Naim Khoury en zijn vrouw Elvira. | Foto: Walid Sababa

De Zoon van God is geboren in Bethlehem, de stad van koning David. Het gebeurde in de dagen van het machtige Romeinse Rijk. Duisternis heerste op de aarde, maar in Bethlehem zagen eenvoudige mensen het Licht van de wereld.

De Heere sprak tot mij

In de lobby van een hotel in Jeruzalem heb ik een ontmoeting met ‘de pastor van Bethlehem’, dominee Naim Khoury en zijn charmante vrouw Elvira. Ze ogen vermoeid als ze binnenkomen. Dat is niet alleen de leeftijd, beiden zijn al ruim in de zeventig. Het is ook niet alleen de moeilijke reis van Bethlehem naar Jeruzalem. Het is moeilijk christen te zijn in Bethlehem, en dat is hen aan te zien.

Als we ergens een plaats gevonden hebben, vraag ik Naim hoe lang hij al predikant in Bethlehem is. Hij noemt het getal van 48 jaar. En gelijk daarop begint hij te vertellen hoe het begon. “De Heere sprak tot mij! Ik kom uit een oud geslacht, al eeuwen woont onze familie in de omgeving van Bethlehem. Bijna allemaal zijn ze Grieks-orthodox; heel veel van mijn ooms waren priesters. Alleen kon ik niet geloven dat we gered worden door Maria, die zij de moeder van God noemen, en door de heiligen, en door de doop alleen. God liet me zien dat we alleen leven hebben door het kostbare bloed van Jezus.” En terwijl hij dat zegt, lijkt alle vermoeidheid in één keer verdwenen.

Vertel het aan je eigen mensen!

Ik vraag hem hoe hij in Bethlehem begon. “We begonnen met diensten in een appartement. Mijn vrouw en ik bezochten vijfduizend mensen. We klopten aan, spraken over Jezus, luisterden naar hun zorgen, deelden hun verdriet en baden met hen. En zo begon de gemeente. Dat was het tweede wonder van Bethlehem.”

‘Het lijkt me wel uniek om dominee in de geboorteplaats van Jezus te zijn’, zeg ik, maar hij praat eroverheen. “Ik wilde een Oude Testament hebben. Dat had ik nog nooit gelezen. Mensen vonden dat een Joods boek met dingen die voorbij waren. Je las dat gewoon niet. Ik heb zes maanden gezocht naar een Oude Testament, en toen ik het had gevonden begon ik het voor mezelf te lezen. Ik las over Gods profetieën en over het eeuwige verbond van God met Israël. En toen zei de Heilige Geest: ‘Vertel het aan de mensen’. En dat deed ik. De mensen schrokken en liepen weg, en ik werd uitgescholden voor zionist en verrader.” Er valt even een stilte alsof het bij ons ook opnieuw gehoord moet worden dat Jezus een Jood is, geboren in een dorp in Judea, in Israël, en dat mag niet vergeten worden.

In die kleine kerk in Bethlehem zien ze al het licht van de komst van Jezus.

God voorziet in alles

“In de jaren was het niet alleen maar moeilijk. De meerderheid van de mensen in Bethlehem was christen, al dachten ze anders dan wij. De burgemeester ook, en hij was ons welgezind. Ik werd zelfs afgevaardigd naar de begrafenis van de moeder van koning Hoessein van Jordanië. En ik sprak daar over het evangelie. Het was een man met waardigheid en eer. Maar alles werd anders. Hamas kwam op en nam alles over. In de islam is geen vrijheid van godsdienst. Nu hebben we een kerkgebouw, maar met prikkeldraad eromheen. Ik heb aanslagen overleefd. Maar de Heere voorziet, in alles, ook nu.”

Ik begin over de oorlog. Hij laat zijn schouders zakken, kijkt naar de grond en vertelt over kerken in het buitenland die ineens stopten met hun steun. Hij kan niet eens vertellen waarom. Hij vertelt over de armoede, omdat de grens met Israël gesloten is en de Palestijnse Autoriteit terroristen beloont, maar verder niets doet. “Maar met Gods hulp gaan we verder, en het gebed is een grote kracht.” Hij zegt het alsof hij het vooral tegen zichzelf zegt.

Maar dan neemt Elvira het woord. Het is duidelijk dat ze veel met kinderen heeft. Ze vertelt over de raketten uit Iran die kwamen tijdens de zomerkampen. “We hebben hier geen schuilkelders. De kinderen kropen naar me toe. We waren met tweehonderd. Ik wees op de hemel en zei dat we niet bang moeten zijn. Als ons huis hier kapotgaat en we sterven, hebben we een huis in de hemel waar Jezus op ons wacht. We moeten klaar zijn om Hem te ontmoeten. Ze werden rustig.”

00   F00WH0

Een straat in Bethlehem. | Foto: Flash90

Ik vraag naar het kerstfeest en Elvira vertelt over de drie mooie dagen dat alles vol zit, en over de lunches en de geschenken die ze geven. Vorig jaar waren dat trainingspakken en spelletjes voor de kinderen. Naim: “In deze tijd gebeuren er ook veel mooie dingen. Vanmorgen was er een Bijbelstudie met honderd mensen. Mensen komen tot geloof. Ze zien dat het geloof en de liefde van Jezus mensen verandert.”

Hij is heel dichtbij

Het heilig vuur is er weer, merk ik. Naim: “Gods Woord gaat in vervulling. Gaza brandt zoals de profeet Sefanja zei. En duisternis bedekt de aarde. Maar ik zie ook het begin van Jesaja 19, de weg tussen Damascus, Jeruzalem en Egypte. Jezus is zo dichtbij! Ik heb dat nog nooit zo gevoeld.”

Ik vraag hem naar de toekomst en hij spreekt over de redding door het bloed van Christus voor Arabieren, Joden en christenen. Naim, de herder van Bethlehem, getuigt van Golgotha. Bethlehem zal straks het kerstfeest niet vieren met verlichte straten en bomen. Maar in die kleine kerk in Bethlehem zien ze al het licht van de komst van Jezus, de Koning der Joden en de Redder van de wereld.

Dit interview verscheen eerder in onze maandkrant Israël Aktueel. Klik hier om gratis abonnee te worden!

Henk Poot

De auteur

Ds. Henk Poot

Ds. Henk Poot spreekt als Israëlpredikant in heel Nederland over Gods plan met Israël. 

Doneren
Abonneren
Agenda