Nu het voetbal elftal van Iran naar huis is gestuurd door het nationale team van de Verenigde Staten, hebben de Israëlische media weer aandacht gekregen voor het grote gevaar dat Iran vormt voor de Joodse staat en voor de interne situatie in de Islamitische Republiek.

IRG actief tijdens WK voetbal

Laten we met het laatste beginnen. Terwijl de Islamitische Revolutionaire Garde (IRG) op orders van president Ibrahim Raisi actief was in Qatar om iedere vorm van protest tegen het regime van Ayatollah Ali Khamenei te onderdrukken, gingen de dagelijkse protesten in Iran gewoon door.

Raisi gaf de IRG de opdracht om de spelers van Iran duidelijk te maken dat iedere verdere vorm van protest, zoals het niet zingen van het nationale volkslied, gevolgen zou hebben. Gevolgen voor zowel de voetballers als hun families, die met arrestatie en marteling werden bedreigd. In overleg met de regering van Qatar werd verder besloten om de IRG een vrije hand te geven bij het onderdrukken van de protestacties, door leden van de ‘Vrouwen, Leven, Vrijheid’-beweging, bij het WK voetbal.

Het regime van Khamenei betaalde de reis en het verblijf van vijfduizend leden van de IRG en hun aanwezigheid in Qatar leek invloed te hebben op het gedrag van de supporters van Iran. Er waren slechts weinigen die nu de T-shirts van de protestbeweging droegen en de spelers van het nationale team zongen voor de wedstrijd tegen de Verenigde Staten het volkslied van Iran. De autoriteiten in Qatar hielpen de IRG een handje door vrouwen die zonder de verplichte hijab en met het bewuste T-shirt op weg waren naar de wedstrijd, weg te voeren, volgens de Amerikaanse nieuwszender CNN. Deze activiteiten van de autoriteiten in Qatar waren gecoördineerd met Raisi, die afgelopen zaterdag telefonisch contact had met Sjeik Tamin Bin al-Thani, de leider van Qatar.

Oppressie in Iran continueert

In Iran zelf gingen de protesten intussen onverminderd voort en er werd zelfs hier en daar feest gevierd na de nederlaag van het nationale elftal tegen de VS.

Farideh Moradkhani, een nicht van Khamenei, werd gearresteerd wegens haar openlijke kritiek op het regime. Ze had een video op YouTube gepost waarin ze het regime van haar oom “moorddadig” noemde en het beschuldigde van het vermoorden van kinderen. Volgens mensenrechtengroepen in Iran zijn sinds het begin van de opstand aan het eind van september tenminste 63 kinderen door het regime van Khamenei gedood. Onder hen was de negenjarige Kian Pirfalak, die afgelopen vrijdag werd begraven nadat hij werd doodgeschoten tijdens een demonstratie in de stad Izeh. De jongen zat in de auto van zijn ouders toen die werd beschoten door de politie.

Na de begrafenis van het kind braken er opnieuw hevige rellen uit die tot nieuwe slachtoffers leidden. De betogers lijken nu in toenemende mate te beschikken over wapens. Er werden deze week twee incidenten gemeld waarbij demonstranten het vuur openden op de veiligheidstroepen van het regime. Ook werd het huis van de overleden stichter van de Islamitische Republiek, Ayatollah Khomeini, in brand gestoken vorige week. Hetzelfde gold voor een standbeeld van Qassem Soleimani, de voormalige commandant van de Quds Brigade van de IRG. Qassem werd op 3 januari 2020 geliquideerd door twee Amerikaanse onbemande vliegtuigen in de buurt van Bagdad, de hoofdstad van Irak.

Het oplopende aantal gedode burgers en de doodvonnissen die tot nu werden uitgereikt aan 21 demonstranten hebben nu eindelijk tot een reactie geleid van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties (UNHRC). De Raad heeft aangekondigd om een onderzoek in te stellen naar de dood van burgers in Iran die omkwamen bij de protesten in meer dan honderd steden. De actie van de UNHRC is uniek te noemen omdat de Raad meestal geobsedeerd is met vermeende Israëlische mensenrechtenschendingen. Iran heeft echter aangekondigd dat het niet zal meewerken aan het onderzoek door de UNHRC. Een woordvoerder van het regime zei afgelopen maandag dat er “betrouwbare en nauwkeurige inlichtingen waren die wezen op de rol van Westerse regeringen in de rellen”, aldus Nasser Kannani van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Iran.

IRG actief in Noord-Irak

De IRG heeft intussen zijn acties tegen het verzet in Iran uitgebreid naar het naburige Irak waar aanvallen werden uitgevoerd tegen doelen in Koerdistan in het noorden van het door oorlog geteisterde land. De opstand tegen het regime in Teheran begon in Iranees Koerdistan, nadat Mahsa Amini, een 22-jarige Koerdische vrouw werd opgepakt en gemarteld wegens het niet dragen van een hijab, de verplichte hoofdbedekking voor vrouwen in Iran. Amini bezweek later in de gevangenis aan haar verwondingen.

De uitbreiding van de agressieve acties van het regime van Khamenei naar buurland Irak en de ontwikkelingen in het nucleaire programma van Iran, heeft tot een verandering in de Amerikaanse positie ten opzichte van het regime geleid. De regering van president Joe Biden beseft in toenemende mate dat de onderhandelingen over een eventueel nieuw akkoord over het Iraanse nucleaire programma op een dood spoor zijn beland. Men ziet nu eindelijk in dat de agressieve oorlogszuchtige activiteiten in het Midden-Oosten om een militair antwoord vragen.

Israël en VS houden militaire oefening

Het Iraanse nucleaire programma draait op volle toeren en in Israël beseft men dat de inkomende regering van Benjamin Netanyahu zeer waarschijnlijk militaire actie zal moeten ondernemen tegen Iran. Israël heeft echter voor het ondernemen van een dergelijke actie de hulp nodig van de Amerikanen. Dit omdat, bijvoorbeeld, de Israëlische luchtmacht (IAF) nog niet over de noodzakelijke tankervliegtuigen beschikt. Dit zijn omgebouwde burgervliegtuigen die het bijtanken van de gevechtsvliegtuigen in de lucht, na een aanval op de nucleaire installaties van Iran, mogelijk maken.

De IAF hield deze week samen met de Amerikaanse luchtmacht (USAF) een grote oefening die gericht is op een aanval op Iraanse nucleaire installaties. De Amerikanen brengen naast geavanceerde straaljagers ook K-137 tankervliegtuigen met zich mee. De oefening is het resultaat van een overeenkomst tussen Israël en de USAF, die stipuleerde dat de Amerikaanse luchtmacht zich verplicht om hulp te bieden aan de IAF bij een toekomstige Israëlische aanval op de nucleaire installaties van Iran.

De stafchef van het Israëlische leger, Aviv Kochavi, was vorige week in Washington, waar hij de nieuwe overeenkomst met de VS tekende. De hoogste Israëlische militair sprak vijf dagen achtereen met de top van het leger van de VS. Aan het eind van zijn bezoek zei Kochavi dat van nu af aan de samenwerking met de Amerikanen aanmerkelijk zou worden geïntensiveerd.

De IAF heeft een budget van 3.5 miljard shekel tot zijn beschikking voor het houden van deze oefeningen ter voorbereiding op militaire actie tegen Iran.

Yediot Acharonot publiceerde na Kochavi's bezoek een alarmerend artikel waarin niet nader genoemde Israëlische officials zeiden dat oorlog met Iran aanstaande is. Er is een besef in Washington en Jeruzalem dat dit een ideaal moment is om actie tegen Iran te ondernemen nu het regime in grote problemen verkeert.

Voorbereidingen van Iran

Iran, op zijn beurt, zit ook niet stil en houdt nu serieus rekening met een militaire aanval op de nucleaire installaties, die constant worden uitgebreid. Het regime in Teheran liet via zijn spreekbuis Tasnim News weten dat het een lijst met gevoelige doelen in Israël heeft samengesteld die zullen worden aangevallen in het geval van oorlog met de Joodse staat. Op de lijst staan burgerinfrastructuur doelen zoals de Ramon- en Ben Goerion luchthavens, maar ook het gebouw van de Knesset.

Nucleaire activiteit

De Islamitische Republiek is nu dicht bij het produceren van het hoogverrijkt uranium (90 procent) dat nodig is voor de vervaardiging van nucleaire wapens. Iran heeft momenteel al genoeg hoogverrijkt uranium (60 procent) dat het snel (binnen twee weken) kan opwerken tot 90 procent. Deze hoeveelheid is genoeg  voor de productie van twee kernwapens, zeggen experts in Israël. Dezelfde experts zeggen dat Iran binnen twee jaar in staat zal zijn om een kernkop op een ballistische raket te monteren, maar dat zij er niet zeker van zijn of de Islamitische Republiek dit vermogen al bezit. Er is immers herhaaldelijk gebleken dat Iran niet gedeclareerde nucleaire faciliteiten had waar, bijvoorbeeld, testen met ontstekers voor kernwapens werden uitgevoerd (IRGC basis Parchin).

Benjamin Netanyahu, de inkomende premier van Israël, heeft nu laten weten dat hij na zijn hernieuwde aantreden de publieke opinie in de wereld weer wil mobiliseren. Dit zal dan de laatste poging zijn om Iran tot staan te brengen via non-militaire middelen. De leider van de Likoed-partij had eerder succes met deze tactiek en zal zich vooral moeten richten op uitbreiding van de coördinatie met de Amerikaanse regering.