Sluiten

Zoeken.

Het Groot-Israël van de Nijl tot de Eufraat

Door Hubert Luns met bijdragen van Neline Schipper - 

11 november 2020

flag-186476_1280

Waar behoren de grenzen te liggen van de Staat Israël? Waar heeft zij recht op of meent zij recht op te hebben? Een heet hangijzer. Zoals de Palestijnen er honderd procent van overtuigd zijn dat de Joden de Al Aqsa moskee op de Tempelberg zullen verwoesten zodra ze de kans krijgen (om er vervolgens hun eigen tempel neer te zetten), zo zijn de politieke leiders in het Midden Oosten ervan overtuigd dat de Joden de grenzen willen verleggen totdat Israël het hele gebied van Groot-Israël omvat. De Israëlische politici kunnen luidkeels roepen dat dat onzin is, maar dát geloven de Arabieren niet.

Gods Land

Ongeveer vierduizend jaar geleden heeft de Almachtige, de Schepper van Hemel en Aarde, het gebied van de Staat Israël aan aartsvader Abraham en zijn nageslacht als een “altijddurend bezit” beloofd, onder ede zelfs. Via zijn zonen Izak en Jakob loopt deze landbelofte door naar de huidige tijd. Abraham had nog meer zonen, zoals zijn oudste zoon, Ismaël, van wie de Arabieren afstammen. Zij noemen zichzelf Adjanieten, naar de kleinzoon van Ismaël. Onder de Arabieren vallen ook zij die zich Palestijn noemen. De Arabieren hebben heden ten dage een veel groter stuk land in bezit dan de Joden, plus een enorme hoeveelheid olie en andere rijkdommen, maar het lapje grond dat Israël heet wordt hen misgund.

Dit artikel schetst allereerst een lijn hoe God zich in de Bijbel keer op keer uitspreekt over zijn verbondenheid met het ‘land’, in feite Gods land. De rest van de aarde behoort de volkeren toe, maar dit behoort exclusief God toe. Van hieruit is zich zijn verlossingsplan aan het voltrekken. Gods koninkrijk begint als een kleine steen, maar zal volgens de profetie van Daniël tot een berg worden die heel de aarde omvat. (Dan. 2:32-35)

Verschillende bijbelteksten tonen de omvang van het Beloofde Land, waarvan Judea en Samaria de kern zijn. Alhoewel niet alle profetieën gelijkluidend zijn, is in alle gevallen het gebied veel groter dan het huidige Israël. Wat hebben deze beloften van God vandaag de dag te zeggen? Twee extreme standpunten daarover worden nader bekeken.

Als een Rode Draad door de Bijbel

  • Genesis 12:7 : “De Heer verscheen aan Abram en zei: Ik zal dit land aan jouw nakomelingen geven.” Dit was de eerste toezegging van land, nog ongekwalificeerd.
  • Genesis 15:18 : “Diezelfde dag sloot de Heer een verbond met Abram. Dit land, zei Hij, geef Ik aan jouw nakomelingen, van de rivier van Egypte tot aan de grote rivier de Eufraat.” Deze toezegging is specifieker: “vanaf de rivier van Egypte tot aan de Eufraat.” Vanaf de rivier van Egypte duidt vermoedelijk op de Wadi El-Arish dat aan de Middellandse Zee ligt in de strook land tussen Gaza en Egypte, maar het wordt ook vaak gezien als de Nijl.
  • Genesis 17:8 : “Heel Kanaän, het land (…) zal Ik voor altijd in bezit geven.” Weer een herhaling van de landbelofte: “heel Kanaän”. En “voor altijd”, een term waarvoor het Hebreeuwse olam wordt gebruikt in de betekenis van ‘voor altijd, altijd-durend, nooit eindigend, eeuwigheid’. Deze term wordt ook gebruikt voor het bestaan van God “van en tot in eeuwigheid”.
  • Genesis 26:4 : “Ik zal (…) dit hele gebied geven.” Dit is een belofte aan Izak, terwijl hij in Gerar verbleef (zuid-centraal Israël). Egypte valt niet onder deze belofte maar wel het land der Filistijnen.
  • Genesis 28:4 : In deze profetie zegt Izak in zijn zegen aan zijn zoon Jakob het land toe dat God aan Abraham gaf.
  • Genesis 28:13 : In deze profetie belooft God aan Jakob in Bethel “het land waarop je nu ligt te slapen”.
  • Genesis 35:12 : Weer terug in Bethel belooft God Jakob en zijn nakomelingen het land dat Hij Abraham en Izak gegeven had.
  • Genesis 50:24 : In deze profetie zegt Jozef aan zijn broers in Egypte dat God hen zal brengen naar het land dat aan de vaderen onder ede beloofd werd.
  • Exodus 3:8 : In Gods opdracht aan Mozes komt weer de belofte terug ze te brengen naar een mooi en uitgestrekt land, het gebied van de Kanaänieten.
  • Exodus 23:31 : “Ik zal jullie een gebied geven dat zich uitstrekt van de Rode Zee [Golf van Aqaba] tot aan de zee waaraan de Filistijnen wonen [de Middelandse Zee], en van de woestijn tot aan de Eufraat.” Een andere zegswijze van Genesis 15:18.
  • Deuteronomium 1:7 : “Breek het kamp op en trek naar het bergland van de Amorieten en naar het gebied van de naburige volken: de Jordaanvallei, het bergland, het heuvelland, de Negev en de kuststrook – de gebieden van de Kanaänieten – en de Libanon met het gebied tot aan de grote rivier de Eufraat.” Als je deze gebieden samen neemt kom je op het zogenaamde Groot-Israël uit: van de Wadi El-Arish tot aan de Eufraat.
  • Deuteronomium 11:24 : “Elk stuk grond dat u zult betreden is voor u. Uw gebied zal zich uitstrekken van de woestijn tot aan de Libanon, en van de rivier de Eufraat tot aan de zee in het westen.” Het gebied omvat opnieuw het Groot-Israël.
  • Jozua 1:4 : “Jullie gebied zal zich uitstrekken van de woestijn tot aan de Libanon, en van de grote rivier, de Eufraat, met het land van de Hethieten, tot aan de grote zee in het westen.” Hier een iets andere manier om de omvang van het land aan te geven (zie ook Deuteronomium 34:1-3).
  • Ezechiël 47 en 48 : Hier vinden we de beschrijving van de omvang die het land zal hebben na het definitieve herstel van Israël ten tijde van het komende Vrederijk, waarbij het gebied van elke stam apart vermeld wordt. Het is niet mogelijk om de grenzen precies aan te geven, maar het gebied omvat globaal genomen het land tussen Middellandse Zee en de Jordaan plus een stuk Negev, en in het noorden de Golan, geheel Libanon en een deel van Syrië.

“Elk stuk grond dat u zult betreden is voor u. Uw gebied zal zich uitstrekken van de woestijn tot aan de Libanon, en van de rivier de Eufraat tot aan de zee in het westen.”

Boeken en bijbel-

studiematerialen

Oplossing 1 : Het Kairosdocument

Uit deze bijbelteksten blijkt dat God zich onverbrekelijk verbonden heeft aan het grondgebied van de huidige Staat Israël. Dat Hij zijn volk een woongebied toewijst nodigt uit tot bezinning. De terugkeer van het Joodse volk in onze tijd was geen historisch logische ontwikkeling, maar geeft duidelijke aan dat het een daad van God was. Trouwens, die terugkeer is nog steeds niet voltooid. Wat houdt dat nu in? Hier wordt heel verschillend over gedacht.

Laten we eens kijken naar het Kairosdocument. Palestijnse Christenen van Katholieke, Anglicaanse en Lutherse huize hebben in 2009 het spraakmakende Kairosdocument uitgegeven, waarin staat dat voor de Palestijnen geldt dat:

…ons land [thans Israël genaamd] Gods land is, zoals het geval is met alle landen ter wereld. Het is heilig in zoverre God daarin tegenwoordig is, want het is alleen God die heilig is en heilig maakt. (…) Het is Gods land dat daarom een verzoeningsland dient te zijn, van vrede en liefde. (…) “Van de Heer is de aarde en al wat zij draagt, de wereld en wie haar bevolken.” (Ps. 24:1) (…) Wij verklaren dat iedere theologie, schijnbaar gebaseerd op de Bijbel, of op geloof, of op de geschiedenis, die de bezetting legitimeert [van ons land door het Joodse volk] verre van de Christelijke leer staat.

Hier wordt in zoete bewoordingen een verkeerd standpunt verkondigd. Het moge zijn dat de hele aarde van God is, maar God heeft die aarde aan de mensheid in zelfbeschikking overgedragen. Ze mogen deze uitbaten en hebben een grote autonomie om met het land te doen wat hen goeddunkt en volgens eigen opvattingen de maatschappelijke inrichting te bepalen. (Gen. 3:23; 9:1-5; 11:9)

Dat is anders met het land voor Zijn volk Israël. Het gebied van Israël is Gods land. God onderwerpt zich niet aan menselijke willekeur, zeker niet wat dit betreft. God mag daarmee doen wat Hij wil omdat het zijn eigen land is overeenkomstig Leviticus 25:23: “U [volk van Israël] mag de grond [die Ik u in bezit heb gegeven] niet voorgoed verkopen, want de grond behoort Mij toe; u bent slechts vreemdelingen en gasten bij Mij.” – conform Romeinen 9:4 hangt “de adoptie tot het zoonschap” af van de goedgunstigheid van de pleegvader c.q. God. Omdat God beschikt, zal God zijn volk verjagen als het ‘Zijn’ land ontheiligt. “De Heer zal u onder de naties verstrooien” luidde het dreigement. (o.a. Deut. 4:27) Inderdaad werd het land door de Romeinen totaal verwoest en ontvolkt. Ja, het werd “het braakliggend land van mijn volk waar doornen en distels opschieten.” (Jes. 32:13) Millennia lag het land er verwaarloosd bij. Pas toen de Joden terugkeerden bloeide het land weer op!

Het gebied van Israël is Gods land.

Oplossing 2 : Het Oded Yinon Plan

Er is een sterke politieke beweging in Israël die zich achter het beruchte Oded Yinon Plan schaart. Er wordt zelfs gefluisterd dat aanhangers van dit plan in de regering van Premier Netanyahu een plek hebben.

Wat is het Oded Yinonplan? Het plan is vernoemd naar een Joodse geleerde die hierover in 1982 een essay schreef: “A Strategy for Israel in the 1980’s” (Een strategie voor Israël in de tachtiger jaren). Het Groot-Israël dat het Oded Yinonplan voorstaat, strekt zich uit tot een rechte demarcatielijn (west-zuidwest) van de monding van de Eufraat tot aan de Rode Zee, een enorm gebied! Het Groot-Israël idee voorziet de creatie van een aantal gelieerde staten rondom Israël. Hierbij gaat het onder meer om de Libanon, Jordanië, Syrië, de Sinaï alsook delen van Irak en Saudi-Arabië. Het plan benadrukt dat Israël zijn geopolitieke omgeving moet modelleren door de balkanisering (d.w.z. het uiteenvallen van veelvolkerenstaten in kleine natiestaten) van de omliggende Arabische staten. De opdeling hangt dan af van de etnische of sektarische samenstelling van ieder territorium. Als voorbeeld kan Irak worden genoemd. Dit land zou uiteen kunnen vallen in een staat voor de Koerden, een staat voor de Soennieten en eentje voor Sjiïeten. Om overlevingskansen te hebben zou Israël een imperiale regionale macht moeten worden. De satellietstaten rondom Israël zouden ondergeschikt moeten zijn en de basis vormen voor een pax-Israëlium. De fragmentatie van alle Arabische staten in kleinere eenheden is een steeds terugkerend thema geweest in het zionistisch strategisch denken; het is niet nieuw.

Sommige aanhangers van het Oded Yinonplan zien het hierboven geschetste plan niet slechts als een ideaal, maar lezen het reeds in de werkelijkheid. Om het voorbeeld van Irak weer aan te halen; de oorlog tussen Iran en Irak van 1988 zou binnen dat plan passen. Ook worden er lijnen getrokken met de Libanonoorlog in 2006 en de aanhoudende oorlogen in Syrië en het verdere Midden-Oosten.

Maar mensen toch, begrijpen jullie dan niet dat pogingen tot uitvoering van dit plan de lont in het kruitvat steekt? Eigenmachtig een profetie tot vervulling willen brengen, daar kan alleen maar ellende van komen. Eén ding weet ik zeker: ‘niet nu!’

Sommige aanhangers van het Oded Yinonplan zien het hierboven geschetste plan niet slechts als een ideaal, maar lezen het reeds in de werkelijkheid.

Conclusie

Het Kairosdocument wil de God van Israël en het volk van Israël geheel loskoppelen van het land van Israël. Het Oded Yinonplan daarentegen wil de buitenste grenzen van het Beloofde Land nu al onder de Israëlische hegemonie brengen. Sommige theologen beweren dat het gebied van het Beloofde Land nog onbepaald is, dat het telkens weer anders is, of dat het gebied dat God aan Mozes heeft beloofd die omvang niet heeft.

Helaas, al deze opvattingen zijn het gevolg van onnauwkeurig en vooral bevooroordeeld lezen. De enig juiste conclusie die uit de genoemde bijbelverzen getrokken kan worden, is dat God Israël het land heeft beloofd vanaf de Wadi El-Arish tot aan de Eufraat, en vanaf de Middellandse Zee tot en met het overjordaanse gebied van de Amorieten (koninkrijken van Sihon en Og). Dat betekent nog niet dat Israël nu reeds het recht heeft al deze gebieden te annexeren. Het Groot-Israël is altijd nog het Beloofde Land! Als tijdens het Vrederijk de Messias optreedt, zal God dit gebied volgens Ezechiël 47 en 48 aan Israël overdragen. Dan en alleen dan. Niet eerder!

Het zal dan in alle opzichten een heel andere wereld zijn geworden, onvergelijkbaar met de actuele politiek-maatschappelijke inrichting. In die zin zei Jezus tegen Pilatus: “Mijn koninkrijk is niet van déze wereld.” Waaraan we kunnen toevoegen: maar wel van de ‘toekomende wereld’ – zoals de Joden het Vrederijk plegen te noemen.

Zie ook: “Greater Israel: The Zionist Plan for the Middle East - The Infamous Oded Yinon Plan”, Introduction by Michel Chossudovsky, 23rd april 2016. http://www.globalresearch.ca/

Dit artikel verscheen eerder in Profetisch Perspectief

Word lid van

Profetisch Perspectief

Anonieme auteur man

De auteur

Hubert Luns met bijdragen van Neline Schipper

Doneren
Abonneren
Agenda