Sluiten

Zoeken.

Haat de wereld de Gazanen?

Door Maurice Hirsch - 

8 januari 2024

Haat de wereld de Gazanen_

De grens tussen Israël en Gaza. Foto: Chaim Goldberg/Flash90

Of haat de wereld Israël gewoon zo erg dat ze bereid is om Arabieren in Gaza als pionnen en kanonnenvoer te gebruiken?

De afgelopen 500 jaar is de Gazastrook op zijn minst een onontwikkeld gebied geweest. Niemand heeft ooit echt in Gaza of de Gazanen geïnvesteerd. De afgelopen 100 jaar zijn Gaza en de Gazanen steeds meer gebruikt als pionnen, door zowel de Arabieren als door de internationale gemeenschap, in hun pogingen om Israël en de Joden zwart te maken.

Als puntje bij paaltje kwam, gaf de internationale gemeenschap, geleid door de Verenigde Naties, de voorkeur aan dode Gazanen boven het verliezen van hun invloed tegen Israël. Paradoxaal genoeg en geheel in tegenstelling tot de algemene perceptie, heeft Israël meer gedaan voor de Gazanen en de Gazastrook dan welke van zijn vele heersers dan ook. Als de internationale gemeenschap de Gazanen niet zo gehaat had, dan had hun huidige situatie er drastisch anders uit kunnen zien.

Gaza onder de Ottomanen

400 jaar lang (1517-1917) maakte het gebied dat vandaag de dag bekend staat als de Gazastrook deel uit van het Ottomaanse Rijk. Het werd niet erkend als een onafhankelijk gebied of als verbonden met Judea en Samaria.

Onder Ottomaanse heerschappij kende de Gazastrook wisselende economische tijden en investeringen, afhankelijk van de omstandigheden, identiteit en connecties van de aangestelde gouverneur.

Gaza onder het Brits Mandaat

In de nasleep van de Eerste Wereldoorlog en de val van het Ottomaanse Rijk, werd de Gazastrook opgenomen in het gebied dat onder controle van Groot-Brittannië kwam. Na de Balfour Verklaring (1917), de Vredesconferentie van Parijs (1919), de Conferentie van San Remo (1920) en het Volkenbond Mandaat voor Palestina, controleerde Groot-Brittannië het gebied met als enige doel dat het deel zou gaan uitmaken van het Joodse nationale thuisland.

Een van de belangrijkste stappen die Groot-Brittannië nam tijdens de periode van het Mandaat (1922-1948), was het vaststellen van de officiële grens tussen Egypte en de Gazastrook.

Nadat Groot-Brittannië het Mandaat had verraden en capituleerde voor Arabisch geweld in plaats van de Joden het land te geven dat was aangewezen als hun nationale thuisland, werd de Gazastrook in 1947 opgenomen in het Verdeelplan van de Verenigde Naties als grondgebied van de "Arabische staat".

Nadat de Arabische landen het Verdeelplan echter plechtig hadden verworpen, kozen ze ervoor om oorlog te voeren tegen de ontluikende Joodse staat. Hoewel Israël erin slaagde de aanval van vijf Arabische legers te overleven, veroverde het, toen de gevechten ten einde liepen, de Gazastrook niet, die nu onder Egyptisch bestuur zou komen te staan. Op een korte onderbreking tussen 1956 en 1957 tijdens de Sinaïoorlog na, bleef de Gazastrook van 1948 tot 1967 onder Egyptische controle.

De Arabische landen wijzen Israël af

In deze periode werd de minachting van zowel de Arabische landen als de internationale gemeenschap voor de Gazanen steeds duidelijker.

Volgens gegevens van de VN nam de bevolking van de Gazastrook tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog van Israël, die ruim 9 maanden duurde, toe van ongeveer 70.000 mensen tot 270.000 mensen.

In de multilaterale besprekingen die op de oorlog volgden, bood Israël aan om de Gazastrook binnen de grenzen van de Joodse staat op te nemen en alle inwoners het volledige Israëlische staatsburgerschap te geven. Als het aanbod was geaccepteerd, dan zou de Gazastrook nu een integraal deel van Israël zijn. Dan zouden alle inwoners ervan volwaardig staatsburger zijn en zouden zowel het gebied als zijn inwoners de welvaart van Israël hebben gedeeld en genoten.

Maar zowel de Arabische landen als de internationale gemeenschap trokken zich niets aan van het lot van de inwoners van Gaza. De Arabische landen wezen het aanbod af en gingen liever door met hun strijd tegen het bestaansrecht van Israël. Van haar kant stond de internationale gemeenschap toe dat de Arabische landen het aanbod afwezen zonder een wezenlijk alternatief te bieden.

In tegenstelling tot de onsuccesvolle claim van Jordanië op het eigendom van Judea en Samaria (ook verondersteld deel uit te maken van het Joodse nationale thuisland), heeft Egypte nooit beweerd enige eigendoms- of soevereine claim op de Gazastrook te hebben. Het bestuurde de Strook slechts onder militair recht, waarbij het de inwoners nooit het Egyptische staatsburgerschap verleende.

De kolossale UNRWA mislukking

De minachting van de internationale gemeenschap voor de inwoners van Gaza werd verder uitgedrukt door haar passiviteit.

Terwijl ze toestond dat de Egyptenaren de Gazanen elke mogelijkheid ontzegden om zich te vestigen, hen het staatsburgerschap en rechten ontzegden, verzuimde de internationale gemeenschap tegelijkertijd om de Gazanen enig alternatief te bieden. Tussen 1948 en 1967 heeft geen enkele VN-resolutie Egypte ooit opgeroepen om zijn illegale bezetting van de Gazastrook te beëindigen en zich terug te trekken of om de nieuwe Arabische staat te erkennen die in het delingsplan werd beoogd. Het werd geen bezetter genoemd. De gebieden die nu zo vaak worden aangeduid als de "Bezette Palestijnse Gebieden" lijken niet te zijn beschouwd als "Palestijnse gebieden", totdat ze werden bevrijd door Israël in 1967.

In plaats van een allesomvattende oplossing te ontwikkelen voor de inwoners van Gaza, besloten de Arabische landen en de internationale gemeenschap om de Organisatie van de Verenigde Naties voor Hulpverlening aan Palestijnse Vluchtelingen in het Nabije Oosten (UNRWA) op te richten, de VN-organisatie die zich uitsluitend bezighoudt met de niet-joodse zogenaamde "Palestijnse vluchtelingen".

UNRWA's raison d'etre is het bestendigen van de leugen dat de eeuwigdurende "Palestijnse vluchtelingen" uiteindelijk Israël zullen overspoelen, waardoor Israël demografisch en democratisch zal worden vernietigd als een Joodse staat.

Trouw aan haar missie en helaas voor de Gazanen, ondanks het feit dat ze tientallen miljarden dollars aan internationale hulp heeft ontvangen in de 74 jaar sinds haar oprichting, is de UNRWA er niet in geslaagd om de "Palestijnse vluchtelingen" permanent te vestigen. Het tegenovergestelde is waar. Sinds de oprichting van UNRWA is het aantal "Palestijnse vluchtelingen" gestegen van 711.00 aanvankelijk tot meer dan 6 miljoen mensen. Volgens de UNRWA hebben de oorspronkelijke 200.000 "Palestijnse vluchtelingen" die zich in 1948 in Gaza vestigden, zich in een duizelingwekkend tempo vermenigvuldigd en zijn er nu niet minder dan 1.577.522 mensen, een ongeëvenaarde 4e generatie van "vluchtelingen".

Het is verbazingwekkend dat volgens de statistieken van de UNRWA meer dan 20% van de oorspronkelijke "vluchtelingen", die nu allemaal ouder zijn dan 80 (41.842 mensen), nog steeds in leven zijn en in Gaza wonen.

Al 74 jaar zorgt de UNRWA ervoor dat de Gazanen en andere "Palestijnse vluchtelingen" statenloos blijven, in armoede leven en voortdurend afhankelijk zijn van internationale hulp. (Zo blijft het bestaan en behoudt het personeel zijn salaris, red.)

Gaza onder Israëlische heerschappij

Zodra Israël Gaza bevrijdde van de Egyptische bezetting, begon het er beter uit te zien voor de Gazanen. Israël stond niet alleen toe dat de Gazanen Israël binnenkwamen om te werken, waardoor een aanzienlijke groei mogelijk werd, maar begon Gaza ook aan te sluiten op de Israëlische infrastructuur, zoals elektriciteit en water.

Gaza onder de Palestijnse Autoriteit

Ondanks de positieve verandering weigerden de Arabische landen en de internationale gemeenschap de Israëlische aanwezigheid in de Gazastrook te accepteren en verzonnen ze de valse bewering dat Israël een "bezetter" was. Na verloop van tijd werd de retoriek tegen Israël als "bezetter" intensiever, totdat Israël ermee instemde de Oslo-akkoorden met de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) aan te gaan en de weg vrijmaakte voor de oprichting van de Palestijnse Autoriteit.

In plaats van de behoeften van de Gazanen te bevorderen, onderwierp de P.A., met de hulp van de internationale gemeenschap, de bevolking van Gaza opnieuw. Terwijl de PLO/P.A. vrede en democratie beloofde, was het enige wat het opleverde het hersenspoelen om Israël te haten en het aanzetten tot geweld, moord en terreur.

Democratie was een vluchtig incident, met verkiezingen die slechts twee keer plaatsvonden, één keer in 1996 en daarna opnieuw in 2006. De eerste verkiezingen luidden het dictatoriale leiderschap in van Yasser Arafat en zijn Fatah-partij, en de tweede luidde het dictatoriale bewind in van Hamas, een internationaal aangewezen terreurorganisatie.

Israël trekt zich terug uit Gaza

Overeenkomstig haar agenda om Israël te vernietigen, lanceerde de PLO/P.A. in september 2000 een terreuroorlog. Tijdens de oorlog, die tot 2005 duurde, voerden Palestijns-Arabische terroristen duizenden terreuraanslagen uit. De Israëlische premier Ariel Sharon besloot zich terug te trekken uit het gebied. Dus voltooide Israël in september 2005 de totale verdrijving van alle Israëli's uit de Gazastrook (meer dan 8000 mensen werden verdreven uit bloeiende gemeenschappen die ze met aanmoediging van de regering hadden gebouwd, red.) en trok al zijn troepen terug, waarbij ze zich opnieuw installeerden op de wapenstilstandslijn die in 1949 was overeengekomen aan het einde van Israëls onafhankelijkheidsoorlog.

Gaza werd in zijn geheel, inclusief een geavanceerde landbouwindustrie die was opgebouwd door Israëlische knowhow en hard werk, overgedragen aan de P.A. (Gazanen staken prompt de kassen in brand die Europa en Israël voorheen hadden voorzien van een aanzienlijk percentage van hun bloemen en groenten, en die aan hen waren geschonken om hen te helpen van het aan zee gelegen Gaza "het Singapore van het Midden-Oosten" te maken, red.).

Hamas neemt controle over Gaza

Kort na de "terugtrekking" in januari 2006 hield de P.A. algemene verkiezingen. De P.A. en de internationale gemeenschap toonden opnieuw hun minachting voor de Gazanen en haalden Israël over om in te stemmen met de deelname van Hamas aan de verkiezingen. Terwijl P.A.-voorzitter Mahmoud Abbas zijn uiterste best deed om de verkiezingen te manipuleren ten gunste van zijn Fatah-partij, won Hamas met 74 van de 132 zetels in het P.A.-parlement. Na een periode van onrust nam Hamas een jaar later, in de zomer van 2007, de controle over de Gazastrook over. (Het vermoordde vervolgens Fatah rivalen, vaak door ze van de daken van gebouwen te duwen, red.)

Opnieuw liet de internationale gemeenschap de Gazanen aan hun lot over en protesteerde niet tegen het leiderschap van een terroristische organisatie over het gebied, maar ontwikkelde in plaats daarvan een beleid van moedwillige verblinding, waarbij de terroristen werden omgedoopt tot de "de facto" leiders van Gaza.

Onder het mom van bezorgdheid om de Gazanen, stroomde er 16 jaar lang brede internationale steun in de kas van Hamas. Met de internationale hulp werden Hamas en zijn leiders rijk, terwijl de gemiddelde Gazaan arm en verarmd bleef. In plaats van de hulp te gebruiken om Gaza te ontwikkelen, gebruikten de terroristen van Hamas hun middelen om honderden kilometers aan terreurtunnels te bouwen.

Ondanks de Israëlische "terugtrekking" en het feit dat de Gazastrook werd gecontroleerd door een terreurorganisatie, weigerde de internationale gemeenschap de Gazanen en hun leiders verantwoordelijk te houden voor hun daden. In plaats van te eisen dat Hamas en de Gazanen hun verlangen om Israël te vernietigen opgeven, lapt de internationale gemeenschap het internationaal recht aan zijn laars en verzint de sui generis bewering dat Israël een "bezetter" van Gaza blijft. In geen enkele andere situatie in de wereld wordt een land beschouwd als een "bezetter" van een andere regio zonder "laarzen op de grond" en zonder effectieve controle uit te oefenen. (Israël controleert wel de grens naar zijn grondgebied, zoals elke soevereine staat, en nadat schepen vol wapens probeerden die naar Gaza te brengen, controleert het de zeegrens, terwijl Egypte zijn eigen grens met Gaza controleert, red.).

Van 2006 tot 6 oktober 2023 vuurden de terroristen in Gaza tienduizenden raketten af op Israël, zonder onderscheid te maken op de burgerbevolking, en deden honderden pogingen, vele met succes, om Israël te infiltreren en terreuraanslagen uit te voeren. Deze aanvallen eindigden onvermijdelijk in oorlogsachtige "cycli van geweld" tussen Israël en de Gazaanse terroristen.

In plaats van de terroristen en hun moorddadige acties te veroordelen en hen verantwoordelijk te houden voor hun agressie, koos de internationale gemeenschap er opnieuw voor om de Gazanen aan hun lot en hun terroristische leiders over te laten, en gaf er de voorkeur aan om alle kritiek te richten op de zelfverdediging van Israël.

Het bloedbad van 7 oktober

Als de minachting van de internationale gemeenschap voor de Gazanen tot nu toe onduidelijk was, dan laten hun acties na het bloedbad van 10/7 geen ruimte voor twijfel.

Op 7 oktober 2023 infiltreerden meer dan 3.000 terroristen Israël vanuit Gaza, geleid door de Nukhba strijdkrachten van Hamas. De terroristen vermoordden meer dan 1.200 Israëliërs en buitenlanders. Sommigen werden gemarteld, sommigen, zelfs baby's, levend verbrand, sommigen verkracht en sommigen onthoofd. Nog eens 240 mensen - mannen, vrouwen, kinderen, baby's, gehandicapten, ouderen en zieken - werden gegijzeld. Een niet aantal Gazaanse "burgers" nam ook deel aan de moord en plundering.

Israël reageerde door de Gazaanse terroristen de oorlog te verklaren. Als onderdeel van de operatie vielen de Israëlische strijdkrachten duizenden doelen aan vanuit de lucht, de zee en de grond. Ter voorbereiding op de grondoperatie adviseerde Israël de burgers in het noorden van de Gazastrook hun huizen te verlaten en naar het zuiden te reizen.

Om de situatie in de juiste context te plaatsen, is het essentieel om te weten dat de Gazastrook slechts 41 kilometer lang is, 6 tot 12 kilometer breed en een totale oppervlakte heeft van 365 vierkante kilometer. Er wonen ongeveer 2 miljoen mensen. Als gevolg van de gevechten in het noorden zijn meer dan 800.000 mensen ontheemd geraakt.

Egypte en de internationale gemeenschap weigeren toevlucht voor de Gazanen

In normale omstandigheden leiden oorlogen bijna altijd tot het ontstaan van vluchtelingen. Zo werden bijvoorbeeld als gevolg van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne meer dan 6.332.700 Oekraïners vluchteling. Als gevolg van de Syrische burgeroorlog werden ongeveer 5,5 miljoen Syriërs gedwongen om Syrië te ontvluchten en zo vluchteling te worden.

Ondanks de hoge intensiteit van de oorlog in Gaza, verergerd door de beperkte ruimte en de hoge bevolkingsdichtheid, heeft de oorlog verbazingwekkend genoeg geen vluchtelingen gecreëerd.

Terwijl Gaza in het noorden en oosten wordt omringd door Israël en in het westen door de Middellandse Zee, deelt Gaza ook een grens met Egypte. In plaats van hun Arabische broeders te verwelkomen, weigerde Egypte de Gazanen toe te staan het Sinaï Schiereiland over te steken en hun toevlucht te zoeken. Kort na het begin van de oorlog stelde Egypte naar verluidt tanks en pantservoertuigen op langs de grens met Gaza, speciaal om te voorkomen dat de Gazanen de oorlog zouden ontvluchten. Ondanks het feit dat de internationale gemeenschap de Gazanen duidelijk in levensgevaar bracht, zweeg zij schandelijk tegenover de Egyptische koelbloedigheid.

Geen enkele VN-resolutie riep Egypte op om medemenselijkheid te tonen tegenover de Gazanen en geen enkele VN-resolutie veroordeelde hun beslissing om de Gazanen hun toevlucht te weigeren. Hoewel de eerste minister van Schotland, Humza Yousaf, de Gazanen onderdak in Schotland aanbood en het Verenigd Koninkrijk en de internationale gemeenschap opriep om de Gazanen onderdak te bieden, gebeurde er niets. Canada maakte ook positieve toenaderingen en nam zelfs versoepelde criteria aan om Gazanen toe te staan toevlucht te zoeken, maar tot nu toe heeft nog geen enkele Gazaan van deze verandering gebruik kunnen maken.

De wereld haat de Gazanen

Gezien de herhaalde aanpak van de internationale gemeenschap en haar consequente beslissingen om de Gazanen in de steek te laten - en hen zelfs in levensgevaar te laten - zou je je niet helemaal vergissen als je zou concluderen dat de wereld de Gazanen wel degelijk haat.

Er is echter een andere mogelijke conclusie, die niet minder snode is.

De internationale gemeenschap heeft misschien niet echt een hekel aan de Gazanen. De internationale gemeenschap haat Israël en is bereid om haar uiterste best te doen om de Joodse staat te belasteren en te veroordelen. (Misschien wil ze zelfs rustig toekijken hoe de Gazanen zich herbewapenen voor hun volgende poging. Per slot van rekening kwamen de wapens door de tunnels onder de grens met Egypte, waarmee Israël een vredesverdrag heeft gesloten, en niemand weet hoeveel terroristen zich onder de Gazanen bevonden die op voorstel van Israël naar het zuiden vluchtten, red.) Om dit doel te dienen gebruikt de internationale gemeenschap de Gazanen als pionnen en kanonnenvoer.

Het leven van de Gazanen is niet belangrijk voor de internationale gemeenschap, tenzij het kan worden gebruikt als wapen tegen de Joden en de Joodse staat.

Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd door The Jerusalem Center for Public Affairs.

Maurice Hirsch is directeur van het Initiative for Palestinian Authority Accountability and Reform in het Jerusalem Center for Public Affairs; een senior juridisch analist voor Human Rights Voices; en lid van het Israel Defense and Security Forum.

Anonieme auteur man

De auteur

Maurice Hirsch

Doneren
Abonneren
Agenda