Sluiten

Zoeken.

Geschenk van waardering

Door Yoel Schukkmann - 

18 mei 2022

20220505_153101

De gekregen cadeau's

Sjabbat staat in de Joodse wereld bekend als een dag van gastvrijheid. Naar welke Joodse gemeenschap een Jood ook gaat, hij zal altijd een plek vinden om te verblijven. Om zijn Sjabbat-maaltijden te eten met Joodse families, ook al zijn het volkomen vreemden.

Het belang van het uitnodigen van gasten

De geleerden in de Talmoed leren ons dat het ontvangen van gasten een mitswa (goede daad) is, waarvoor een persoon wordt beloond in zowel deze wereld én in de Komende Wereld. De reden waarom deze relatief eenvoudige mitswa - die niet eens als verplichting in de Thora wordt vermeld - zo'n prominente plaats inneemt in het Jodendom, zou kunnen zijn dat als je erover nadenkt het misschien toch helemaal niet zo makkelijk is. Maar wat maakt dit uitdagender dan, laten we zeggen, liefdadigheid? Misschien zouden we kunnen zeggen dat hachnasat orchim (gastvrijheid) juist moeilijker is, omdat als geld al persoonlijk is, ons eigen huis nog veel persoonlijker is. En om gasten bij ons thuis te hebben, betekent dat we zowel meer geld uitgeven om hen te accommoderen, als ook nog eens onze eigen 'persoonlijke ruimte' verliezen.

Dit is iets wat voor sommige mensen behoorlijk confronterend en misschien zelfs beschamend kan zijn. Het huis van mijn schoonmoeder staat bijvoorbeeld altijd open voor gasten. Maar omdat ze het huis altijd perfect schoon wil hebben, voelt ze dat het huis nooit schoon en netjes genoeg is om gasten te ontvangen. Dit ondanks het feit dat je er letterlijk van de grond kan eten. Hoewel het soms moeilijk kan zijn, is het ontvangen van gasten tegelijkertijd een van de grootste vormen van liefdadigheid. Uit persoonlijke ervaring kan ik zeggen dat het een van de meest lonende en bevredigende goede daden is die we kunnen doen. De glimlach op de gezichten van mensen te zien, wanneer ze je huis verlaten en je hen uitnodigt om nog een keer te komen, en hun dankbaarheid te horen, is zeer de moeite waard. Maar het is natuurlijk niet voor deze dankbaarheid dat wij dit doen. Het is puur omdat we G-ds voorbeeld willen volgen.

G-d zorgt voor ons in elk aspect van ons leven, dus proberen wij ook voor andere mensen te zorgen.

En toch, wanneer ik elke weer zie hoe hard mijn vrouw werkt met de Sjabbat-voorbereidingen - en ik mijn portemonnee iedere keer een heel stuk lichter voel - en dan een dankbare glimlach zie. Een simpel 'dankjewel' hoor, of zelfs wanneer men vraagt om nog een keer te kunnen komen, geeft het ons natuurlijk wel een beetje voldoening. We zijn tenslotte ook maar mensen. Al heeft wat er vorige week is gebeurd, ons totaal weggeblazen omdat we zoiets nooit hadden verwacht...

Goede gasten

Ben Zoma, een van de geleerden in de Talmoed, vroeg zich af wat een goede gast zou zeggen. Hij antwoordde: ”Hoeveel moeite doet mijn gastheer voor mij! [Zie] hoeveel vlees hij mij heeft aangeboden. Hoeveel wijn heeft hij mij gegeven. Hoeveel cakes heeft hij mij gebracht. En al deze moeite deed hij voor mij!' Maar een onattente gast, wat zegt hij? ‘Wat voor een moeite heeft mijn gastheer voor mij gedaan? Ik heb maar één stuk brood gegeten en één stuk vlees. En ik heb maar één beker wijn gedronken. Alle moeite die mijn gastheer heeft gedaan, was alleen maar voor zijn eigen gezin.

De afgelopen vier jaar hebben wij jesjiewa-jongens ontvangen voor vele Sjabbat-maaltijden bij ons thuis. Wanneer we thuis eten, hebben we vaak gasten. Meestal zijn dit jongens van onze chassidische groepering die hier in een jesjiewa leren, maar wiens families in het buitenland wonen. Slechts één keer per jaar, met Pesach, keren ze terug naar hun families; waarna ze weer terugkomen naar Israël om het nieuwe leerseizoen van hun jesjiewa te beginnen. Op het moment van dit schrijven zijn alle jesjiewot en kollelim (leerscholen) alweer aan dit nieuwe seizoen begonnen. Dat betekent dus ook dat al onze vaste gasten weer terug zijn.

Gebaar van dank

Vorige week was ik bij een verlovingsfeest toen ik naast mij opeens een enthousiaste “mazel tov!’ hoorde. Ik draaide mij om, en zag tot mijn verbazing een van onze favoriete jesjiewa-jongens met een uitgestrekte hand en een brede glimlach. Deze jongen was een neef van het verloofde meisje en was net de dag ervoor aangekomen uit de Verenigde Staten. Mijn zoontje was erg blij om zijn grote vriend weer te zien en maakte hem duidelijk om snel weer te komen voor een Sjabbat-maaltijd. Tijdens ons bijpraten liet hij mij weten dat men ‘iets’ voor ons had. Wie men was, of wat dit ‘iets’ was, bleef echter een raadsel want hij zou mij hier later nog over bellen.

Een paar dagen later kwam het inmiddels lang verwachte telefoontje. “Zou je ons hier-en-hier kunnen ontmoeten?” Een half uur later zie ik deze jesjiewa-jongen, samen met een vriend die ook vaak bij ons komt, en een grote zwarte tas die tussen hen in op de grond staat. “De boechrim (Jiddisch voor ‘ongetrouwde jongens’) en onze ouders sturen dit om onze waardering voor alles te tonen”, zei de oudste van de twee jongens. "Waarvoor?" vroeg ik hem nu verbaasd, maar ze gaven geen antwoord. Natuurlijk wist ik wat hij bedoelde, maar dit hadden ze echt niet hoeven doen. “We stellen het heel erg op prijs. Mijn moeder zei dat als ik vaak bij je eet en ik ervan geniet, dat ik je dan iets cadeau moest geven.” Een snelle blik op de tas liet echter zien dat het hier ging om meerdere cadeaus… niet alleen maar één. “Andere ouders waren het daar ook mee eens”, vulde de tweede jongen hierop aan. “Dus heeft iedereen iets samengelegd en hebben we dit cadeau voor jullie gekocht.” “Accepteer het alsjeblieft met onze beste wensen”, zei de eerste jongen nu weer.

Ik hoef natuurlijk niet te zeggen dat ik hen uitbundig heb bedankt en hen ervan overtuigd heb dat ze dit absoluut niet hoefden te doen. Maar blijkbaar stonden hun ouders erop… Zelfs al komt dit slechts een paar weken nadat mijn vrouw een telefoontje had gekregen uit de VS. Aan de andere kant van de lijn was een moeder, die mijn vrouw persoonlijk wilde bedanken voor het 'zorgen’ voor haar zonen, die regelmatig bij ons over de vloer komen. “Ik ben tenslotte zo ver weg en kan vanuit hier niet voor hen zorgen” stelde deze moeder.

tekst gaat onder de foto verder

Na thuis te zijn aangekomen, haalden mijn vrouw, onze zoon en ikzelf de cadeaus uit de tas. Toen zagen we dat er aan een van de pakjes ook een brief bevestigd was. Deze brief, vol met lovende woorden, was ondertekend door maar liefst 43 families, waaronder een aantal voormalige gasten die inmiddels al getrouwd waren. Natuurlijk doen wij het helemaal niet om maar enige waardering en hadden we zelfs nooit gedacht om maar iets te krijgen. Maar toch geeft het feit dat zoveel mensen hun dankbaarheid willen tonen je toch een goed gevoel. Het idee achter het geven van dit cadeau maakt ons erg blij. Want het laat zien dat wat wij doen - het uitnodigen van deze jongens en hen een ‘thuis’ geven zo ver weg van hun huis en familie - iets is wat daadwerkelijk nodig is.

Zelfs na 20 jaar

Het gebeurde lang voordat rabbijn Dovid Moshe Friedman (1828-1903) de Rebbe van Tsjortkov werd, toen hij nog een jonge man was. Hij was op weg naar het stadje Ruzhin, waar hij woonde. Maar hij merkte dat het erg laat was en het weer steeds slechter werd, dus besloot hij bij een vreemde aan te kloppen om te vragen of hij daar mocht overnachten. In het eerste dorpje op zijn weg vond hij al snel een huis met een mezoeza aan de deurpost. Hij klopte aan en zag, tot zijn geruststelling, een G-vrezende Jood die opendeed. De jonge Dovid Moshe legde uit wat er gebeurd was en de goede man nodigde hem hartelijk uit in zijn huis.

Twintig jaar later stond rabbijn Dovid Moshe bekend als de Rebbe van Tsjortkov. De chassidische geestelijk leider van duizenden chassidim. Op een dag kwam er een Jood uit een bepaald dorp om de Rebbe om raad te vragen. Voordat deze man op het punt stond te vertrekken, vroeg de Rebbe hem: "Zei je niet dat je uit dit-en-dit dorp kwam?" Rabbijn Moshe herinnerde zich, dat hij 20 jaar eerder te gast was geweest in het huis van een zeer warme Jood, die in hetzelfde dorp woonde. Hij vroeg naar zijn welzijn en zei toen: "Stuur mijn hartelijke groeten en hakarat hatov (dankbaarheid) aan mijn gastheer!"

Onze huidige gasten, voormalige gasten en zelfs hun ouders, leerden ons met hun geschenk een les van dankbaarheid. In het Hebreeuws wordt dit hakarat hatov genoemd, wat letterlijk 'het goede erkennen' betekent. Hoewel het voor ons geen ‘big deal’ is en wij onze gasten maar al te graag ontvangen, erkennen zij - en hun families - dat wat zij als 'goed' beschouwen voor hunzelf. En net zoals de Tsjortkover Rebbe zijn gastheer voor één nacht zelfs na twintig jaar niet vergat, zo vergaten onze inmiddels getrouwde gasten ook dat ene kleine gezin in Jeruzalem niet, waar zij ooit hun Sjabbat-maaltijden aten.

Ontwerp zonder titel

De auteur

Yoel Schukkmann

Yoel Schukkmann groeide op in Nederland, waar hij chassidisch werd, wat wij zouden noemen 'ultra-orthodox' Joods. Hij verhuisde daarom in zijn tienerjaren naar Israël om in een jesjiewa te leren....

Doneren
Abonneren
Agenda