Zijn politieke loopbaan is even indrukwekkend. Als lid van de CD&V [red. politieke partij Christen Democratisch en Vlaams] was hij tussen 1994 en 1995 gecoöpteerd senator in de Senaat, waarna hij in juni 1995 toetrad tot de Kamer van Volksvertegenwoordigers, als opvolger van Herman Van Rompuy. Zijn mandaat daar duurde tot 1999. Deze unieke combinatie van medische expertise en politieke ervaring plaatst Van Erps in een unieke positie om zowel gezondheids- als politieke kwesties te beoordelen.

Deskundigheid en ervaring stellen hem dus in staat om geïnformeerde en weloverwogen meningen te formuleren over complexe internationale kwesties. Dit komt duidelijk naar voren in zijn recente correspondentie met premier Alexander De Croo, waarin hij kritiek uit op de Belgische minister van Ontwikkelingssamenwerking, Caroline Gennez omtrent haar houding ten opzichte van de situatie in Gaza. In zijn brief, gedateerd op 9 november, geeft hij blijk van zijn inzichten over geopolitieke dynamieken en toont de impact ervan aan op zowel lokale als internationale schaal. Tegelijkertijd geeft hij uiting aan zijn ernstige bezorgdheid.

Woordvoerster van Hamas

Van Erps gaat in zijn brief aan de premier de ernstige beschuldigingen aan het adres van minister van Ontwikkelinssamenwerking Caroline Gennez niet uit de weg. Hij stelt onomwonden dat Gennez zich gedraagt als de woordvoerster van Hamas, een beweging die hij associeert met het verspreiden van haat, vergelijkbaar met de Moslimbroederschap. Met deze scherpe formulering geeft hij uiting aan zijn diepe bezorgdheid over de paden die het Belgische buitenlands beleid inslaat en de impact daarvan op de internationale betrekkingen.

Van Erps haalt verder aan hoe de media verslag uitbrengen over de situatie in Gaza en spreekt van de eenzijdige berichtgeving en het klakkeloos overnemen van cijfers van slachtoffers zonder voldoende verificatie. Volgens hem is er een discrepantie tussen de gerapporteerde aantallen en de beelden die hij ziet: "Als er duizenden doden zijn, dan moeten er een veelvoud aan gewonden zijn."

In gesprek met Joods Actueel zei hij daarover: "dat weet elke arts die slachtoffers van bombardementen verzorgd heeft. De beelden zijn steeds dezelfde: geen bulldozers en geen graafmachines om puin te ruimen en gewonden te redden. Hooguit enkele jongemannen die met blote handen even een steen optillen als de camera hun richting uitdraait. In de beweerde Gazaanse situatie zouden ziekenhuizen al over hun capaciteit geraakt zijn na enkele dagen oorlog toen Hamas al beweerde dat er duizenden doden te betreuren waren. Ik zie ook aan de curve van het aantal doden, die ik dag na dag nauwgezet opvolg, dat de media zich door de terreurorganisatie om de tuin laten leiden. Zelfs Hamas begreep na enkele dagen dat ze aan het overdrijven waren en hebben dan tijdelijk het aantal doden afgevlakt. Ik ben geschokt door de antisemitische ondertoon die ik waarneem bij sommige Belgische intellectuelen". Hij merkt op dat in Frankrijk (hij woont in Frankrijk aan de Zwitserse grens) voldoende tegengeluiden voor balans zorgen, terwijl in België nauwelijks enig debat te bespeuren valt. "België kan nog veel leren van de buurlanden waar een snelle en afdoende reacties op antisemitische statements wel aan de orde zijn. Ook de geschiedenis van de Joden, inclusief de vervolging en de Shoah, mag niet genegeerd worden in de huidige geopolitieke discussies."

Verantwoordelijke houding belangrijk

In zijn schrijven aan de premier bekritiseert Van Erps juist dat gebrek aan kritische reflectie van zowel de Belgische overheid als van de media. Hij benadrukt dat het gevaarlijk is om ongeverifieerde informatie van een organisatie zoals Hamas te accepteren als feit. Genoeg redenen voor hem om minister Gennez de levieten te lezen voor haar rol in dit proces en op te roepen tot meer verantwoordelijkheid en zorgvuldigheid in de omgang met dergelijke gevoelige kwesties.

Hij waarschuwt voor het gevaar waarbij blindelings accepteren van informatie van organisaties, zoals Hamas, die bekend staan om hun betrokkenheid bij terroristische activiteiten en het verspreiden van propaganda. Volgens Van Erps kunnen dergelijke onkritische houdingen leiden tot misinformatie en het onbedoeld aanwakkeren van haat en antisemitisme. De brief van dr. Jan Van Erps is samen te vatten als een oproep tot verantwoordelijkheid en integriteit in journalistiek en politiek. Waarbij kritische reflectie en grondige analyse essentieel zijn in het vormen van een gebalanceerd en geïnformeerd standpunt, vooral in situaties die zo gevoelig en gecompliceerd zijn als het Israëlisch-Palestijnse conflict.

Overgenomen uit: Joods Actueel, nr. 147 December 2023. Geschreven door Guido Joris