Sluiten

Zoeken.

Artikelen

Activiteiten

Kennisbank

Podcasts

Projecten

Publicaties

Videos

Overig

De kracht van het gebed

Door Yoel Schukkmann - 

20 april 2022

2021 CVI website

Hoe een gebed op Sederavond, de eerste avond van Pesach, verhoord werd.

Afgelopen vrijdagavond was het de Sederavond, de eerste avond van Pesach. Op deze avond zat onze hele familie bij elkaar en lazen we uit de Haggada. Dit is een boek met zowel gebeden als het verhaal van de uittocht uit Egypte. Ik keek naar alle kinderen aan de tafel en vervolgens naar mijn eigen zoon, gekleed in zijn nieuwe pak. Toen hij me de ‘vier vragen’ stelde die kinderen op deze avond aan hun vaders voorleggen, deed het me denken aan een andere kleine jongen tijdens een andere Sederavond.

Ontmoet de familie Cohen

Ik heb het verhaal, enkele details en namen een klein beetje veranderd om de privacy van deze familie te beschermen. Maar de boodschap van dit waargebeurde verhaal blijft hetzelfde:

De zesjarige Motty Cohen zat aan de Seder-tafel, gekleed in zijn nieuwe pak. Terwijl zijn vader de stralende becher (zilveren beker) optilde om kidoesj te maken, vroeg Motty: "Wanneer komen we bij VaNitsak?". "Wat bedoel je?" vroeg zijn vader. "VaNitsak in de Haggada" antwoordde Motty. 'O,' zei meneer Cohen nu. "Je bedoelt het gedeelte waar we lezen: 'VaNitsak el Hasjem', en we riepen uit tot G-d?" Motty knikte. “Dat zeggen we midden in het gedeelte ‘Maggid’. Dat duurt nog wel even”.

Toen meneer Cohen na een tijdje eindelijk riep: "Maggid!", keek Motty zijn ouders meteen aan met zijn grote bruine ogen, en vroeg hij nogmaals: “Is het nu tijd voor ‘VaNitsak’?” “Nog niet”, antwoordde zijn moeder hem. Maar nu wilde zijn vader toch wel weten waarom hij steeds vroeg naar dit gedeelte van de Haggada. "Het komt door een verhaal dat ik van mijn rebbi (leraar) heb gehoord op school", legde de kleine jongen uit. "Welk verhaal?" vroeg zijn moeder nu, "wil je het met ons delen?" En dus begon Motty het verhaal te vertellen.

De herbergier

Jaren geleden was er een arme Jood genaamd Mosje, die een herberg huurde van een poritz, een niet-Joodse landeigenaar. Elke avond kwamen niet-Joden uit de nabijgelegen steden en dorpen naar zijn herberg om whisky en andere sterke dranken te kopen. Mosje spaarde van deze inkomsten om aan het eind van de winter zijn huur te betalen.

Een jaar waren er veel zware sneeuwstormen. De hele winter waren de wegen bedekt met bergen sneeuw. En dit maakte het te moeilijk voor mensen om Mosjes herberg te bereiken. Dat betekende dat hij aan het einde van de winter geen geld had om de huurbaas te betalen. Hij kwam hem een ​​paar dagen voor Pesach bezoeken. “Waar zijn de 150 gouden munten die je mij schuldig bent? Ik wil het nu”, eiste hij. "Er is deze winter haast niemand gekomen om drank te kopen, daarom heb ik geen geld om u te betalen," antwoordde Mosje bedroefd.

De poritz werd nu erg boos: "Ik geef je twee weken om me het geld te bezorgen", schreeuwde hij. "Als je mij tegen die tijd niet betaalt, ga je de gevangenis in." Mosje maakte zich nu grote zorgen. Hoe zou hij die 150 gouden munten krijgen? Hij besloot af te reizen naar de chassidische rebbe van Apta (in het huidige Oekraïne), rabbijn Avraham Yehoshua Heschel (1748-1825), om zijn advies te vragen.

Toen Mosje zijn probleem uitlegde, zei de Rebbe tegen hem: “Hasjem kan je helpen. Je hoeft alleen maar tot Hem uit te roepen en te bidden”. Toen vervolgde de Rebbe: “Over een paar dagen is het Pesach. Wanneer je bij de woorden ‘VaNitsak el Hasjem’ in de Haggada komt, dan moeten jij en je familie Hasjem smeken om jullie te helpen”. Mosje bedankte de Rebbe en ging met een veel beter gevoel terug naar huis.

Wanneer je bij die woorden komt, moet je Hasjem smeken jullie te helpen.

Een paar dagen later, terwijl de familie zich rond de sedertafel verzamelde, vertelde Mosje zijn kinderen wat de Rebbe had gezegd en legde toen uit: "VaNitsak el Hasjem betekent dat we in Egypte tot G-d uitriepen en dat Hij onze gebeden had verhoord. Wanneer we bij deze woorden in de Haggada komen, moeten ook wij naar G-d uitroepen en dan zal Hij ons hopelijk ook redden.” Toen ze eindelijk bij het woord 'VaNitsak' kwamen, keek Mosje rond de tafel en zei: “Dit is het moment". Ze sloten allemaal hun ogen. Mosje was de eerste die huilde en al snel werd de hele kamer gevuld met luide snikken, terwijl ze G-d smeekten om hen te redden van de poritz. Opeens werd er hard op de deur geklopt. Mosje veegde zijn gezicht af, stond op en opende de deur...

Buiten stond een niet-Joodse man die hij herkende van zijn herberg. "De politie probeert me te pakken", zei de man. 'Ik moet de stad ontvluchten. Ik heb 300 gouden munten in deze zak. Jij bent de enige die ik kan vertrouwen met mijn geld. Bewaar het alsjeblieft voor me totdat ik terugkom. Als beloning mag je de helft van het geld voor jezelf houden." De man zette zijn zak neer en rende weg. Mosje en zijn familie begrepen dat G-d hun gebeden had verhoord. In plaats van te huilen, zongen ze nu dankliederen aan G-d voor hun redding.

Motty’s gebed

Nu begrepen Motty’s ouders waarom hun zoontje zoveel op de woorden VaNitsak wachtte. Mevrouw Cohen was namelijk gediagnostiseerd met een ernstige ziekte. Ook al voelde ze zich erg zwak, had ze toch haar beste kleren aangetrokken om met haar familie aan tafel te zitten ter ere van de feestdag. Maar de waarheid was dat de verwachtingen van de artsen helemaal niet zo goed waren. Daarom maakte iedereen zich, net zoals Motty, grote zorgen om mevrouw Cohen’s gezondheid. Hij kon niet wachten op die speciale woorden, om voor zijn moeder te bidden. De Seder ging door totdat Motty’s vader eindelijk naar zijn zoon keek en zei: "Dit is het moment."

Het zesjarige jongentje klom nu snel op zijn stoel en kneep zijn ogen dicht, terwijl de tranen over zijn wangen rolden. Een aanblik die ervoor zorgde dat de ogen van zijn ouders ook met tranen vulden. Al snel snikte kleine Motty luid: “Alstublieft Hasjem! Maak mama helemaal beter. Ik heb een mama nodig! Neem haar ziekte alstublieft weg.” Hij bedekte zijn gezicht met zijn handen en bleef daar zo een hele tijd staan. Toen hij weer ging zitten, schoof zijn moeder haar stoel dichter naar haar zoon toe en gaf ze hem een kus. "Alstublieft Hasjem," fluisterde ze, "Luister naar Motty’s gebed en maak mij beter.” De rest van Pesach ging snel voorbij. Na Pesach ging mevrouw Cohen terug naar de dokter voor een aantal tests.

We mogen niet vergeten dat bidden altijd helpt.

Voor het eerst sinds ze ziek was geworden, toonden de tests aan dat het beter ging. Langzamerhand werd mevrouw Cohen gezonder en gezonder, totdat ze volledig genezen was. Bij die eerste afspraak na Pesach verbaasde de dokter zich, toen hij de testuitslagen kreeg. Hij begreep niet hoe alles zo plotseling ten goede was veranderd. Maar mevrouw Cohen begreep het wel. Zodra ze thuiskwam van de dokter, rende ze naar haar zoon, en gaf hem een ​​dikke knuffel. “Dankjewel, Motty”, zei ze keer op keer. "Bedankt dat je me hebt geholpen om beter te worden!"

We zien hier het belang en de kracht van onze gebeden. Ook al zien we de resultaten niet altijd meteen, mogen we niet vergeten dat bidden altijd helpt. Laten we daarom allemaal tot G-d uitroepen om ons de complete en ultieme verlossing te brengen. Zodat men in de toekomst over ons zal zeggen: "VaNitsak el Hasjem" - zij riepen tot G-d, en Hij antwoordde hen.

Moge dit spoedig zijn en in onze dagen.

Ontwerp zonder titel

De auteur

Yoel Schukkmann

Yoel Schukkmann groeide op in Nederland, waar hij chassidisch werd, wat wij zouden noemen 'ultra-orthodox' Joods. Hij verhuisde daarom in zijn tienerjaren naar Israël om in een jesjiewa te leren....

Doneren
Abonneren
Agenda