Een van mijn Rebbes schreef me een bloedstollend verhaal over een Joodse man, Ja’akov, die altijd alleen maar met Jom Kippoer – Grote Verzoendag – naar de synagoge kwam. Dit jaar schonk hij in een synagoge in Tel Aviv een groot bedrag (12.000 sjekel) aan liefdadigheid. Hij was geen praktiserende Jood, maar wel 'religieus in zijn hart'.

Zes uur lang

Twaalf dagen later, op 7 oktober, Simchat Tora (Vreugde der Wet) werden zijn twee dochters op het muziekfeest in de Negev door Hamas overvallen. Ze hadden juist hun vader aan de telefoon, die meteen begreep wat ze doen moesten. Zes uur lang heeft hij samen met hen de Joodse geloofsbelijdenis, het Sjema Jisraeel gereciteerd, onophoudelijk.

Hoor Israël, de Eeuwige, onze G’d, de Eeuwige is Een!

Ze herhaalden dit Joodse credo heel intensief een oneindig aantal keren totdat de terroristen vertrokken waren. De meisjes prentten zich in dat ze niet gezien moesten worden door de terroristen. De terroristen renden honderden keren langs hen, verkrachtten en doodden iedereen om hen heen, maar merkten deze twee meisjes niet op.

Zondag kwam Ja’akov huilend naar de synagoge en vertelde dit aan zijn rabbijn.

Hoor Israël!

Dat het zeggen van deze geloofsbelijdenis beschermend en reddend kan werken, staat al aangeduid in de Thora:

“Als u zich vlak voor de strijd bevindt, moet het zó zijn dat een priester naar voren komt om tot het volk te spreken. Hij moet tegen hen zeggen: Hoor, Israël, heden bevindt u zich vlak voor de strijd tegen uw vijanden; laat uw hart niet week worden, wees niet bevreesd, beef niet en schrik niet voor hen terug, want het is uw G‘d, Die met u meegaat, om voor u tegen uw vijanden te strijden om u te verlossen“ (Deut. 20:2-4).

De term ‘Hoor Israël’ in deze tekst duidt op Sjema Jisraeel, ‘Hoor Israël, de Eeuwige, onze G’d, de Eeuwige is Een’ (Deut. 6:4). De Talmoed (Sota 42a) en latere verklaarders leggen uit, dat wanneer men zich met heel zijn hart en ziel door het reciteren van deze vers verbindt met het Opperwezen, dat voor ons almachtig en onzichtbaar is, men zelf ook onder deze beschermende paraplu van G’ds aanwezigheid komt en voor veel kwaad behoed wordt.

Laten we samen met z’n allen – ook ieder individueel, want G’ds alomtegenwoordigheid verbindt al deze gebeden - deze korte geloofsbelijdenis in deze tijden van gevaar uitspreken en bidden dat G’d zich over Zijn volk in het heilige Land ontfermt.

Hoor Israël, de Eeuwige, onze G’d, de Eeuwige is Een!