Sluiten

Zoeken.

Herdenking Apeldoornse bos

Door Roger van Oordt - 

24 januari 2023

20230123_142041

Op maandag 23 januari was de herdenking van de vreselijke gebeurtenis die plaatsvond in de nacht van 21 op 22 januari 1943. 1412 Joodse Nederlanders die een verstandelijke en/of lichamelijke beperking hadden werden in één nacht afgevoerd. Een onbeschrijfelijk drama waarbij Joodse patiënten met slechts nachtkleding aan of half naakt in veewagens werden gepropt om afgevoerd te worden naar Auschwitz. Een reis van drie dagen zonder water, voedsel, medicijnen. Velen kwamen dood aan en ze werden allen in open vuren verbrand, de gaskamer was nog te goed voor hen.

Prinses Margriet en Pieter van Vollenhoven woonden de plechtigheid bij met nog ongeveer 250 anderen. Joodse familieleden. Bijvoorbeeld ook Jacov Nof en zijn nichtje met haar man. Jacov zijn grootmoeder was één van de verpleegsters die nog een paar uur voor de overval kon ontsnappen. Rabbijn Jacobs mocht het Kadiesj uitspreken voor de vermoorden. Opperrabbijn Jacobs hield een toespraak. Enkele van zijn woorden:

“We zijn hier vandaag bijeen om medemensen die vanwege hun geloof, vanwege hun afkomst en vanwege hun ziekte niet mochten leven. Het enige wat er nog van hen over is zijn namen. Namen zonder gezichten. We herdenken om ze even aandacht geven, ze even een piepklein plaatsje gunnen in onze gedachten tijdens het uitspreken van het kaddiesj-gebed. Een leeg plaatsje, want we kennen ze niet, van hun lijden kunnen we ons geen voorstelling maken, de treinreis van Apeldoorn naar Auschwitz was niet te vergelijken met een wreed beestentransport, hun einde op de brandstapel van Auschwitz, omdat hun zelfs geen gaskamer werd vergund, willen we niet eens zien, ook niet in onze verbeelding. (…)

Misschien ook om te beseffen dat de enkele medewerkers die overleefden en de overlevenden van de Holocaust in Nederland in het algemeen, eigenlijk geen overlevenden waren. Zij waren niet welkom, ze kregen geen extra steun en opvang.

Ze kregen rekeningen voor achterstallige belastingen of verbruikt water in de huizen die van hen waren ontvreemd en waar ze na terugkomst vaak niet mochten wonen. De meeste overlevenden hadden de hel van de concentratiekampen en de angst van de onderduik wel en niet achter zich gelaten. Hun hele leven stond in het teken van vóór de oorlog en ná de oorlog. Gillend werden ze wakker. En ook hun kinderen, mijn generatie, werden opgevoed in de schaduw van de gaskamers.”

Van hun lijden kunnen we ons geen voorstelling maken, de treinreis van Apeldoorn naar Auschwitz was niet te vergelijken met een wreed beestentransport, hun einde op de brandstapel van Auschwitz, omdat hun zelfs geen gaskamer werd vergund, willen we niet eens zien, ook niet in onze verbeelding.

— Opperrabbijn Jacobs

Tekst wordt vervolgd onder de afbeeldingen.

Toen we terug naar huis reden spraken we er over of dit weer kan gebeuren en of de volkeren van deze wereld niet vaak hetzelfde op het oog hebben met de Joodse staat. Iran laat in haar woordgebruik daar geen gras over groeien als ze het over de totale vernietiging van de Zionistische entiteit hebben. Maar ook nu zijn er maar weinigen die in de bres staan voor dit volk. Neutraliteit zal ons echter opbreken. De zwijgende meerderheid mag niet opnieuw zwijgen.

Roger van Oordt

De auteur

Roger van Oordt

Roger van Oordt is honorair consul van de staat Israël.

Doneren
Abonneren
Agenda