Kenmerkend met een zwarte hoed is op de voorgrond van de foto wazig een orthodox-Joodse man te zien. Blijkbaar vindt hij het prachtig om te zien hoe Gaza wordt gebombardeerd – althans dat is het beeld wat geschetst wordt. En als dat je beeld is, gevoed met talloze schrijdende foto’s van Palestijns leed, dan is je perceptie rond: Israël is een schurkenstaat en wilt onschuldige Palestijnen genocidaal vermoorden.

Een protest voor ‘gerechtigheid’

Als dit je beeld is, dan is het niet vreemd dat je wilt dat er iets tegen gedaan wordt; we kunnen toch niet accepteren dat de Joodse staat bezig is met een genocide? Als dit werkelijk je beeld is, dan ga je de straat op; je betuigt je solidair met Gaza en roept de regering op om maatregelen en sancties te nemen tegen dat ‘koloniale’ Israël. In mei en juni trokken letterlijk honderdduizenden mensen met rode kleding en vlaggen door de straten van Den Haag. Met deze Rode Lijn-demonstratie riepen zij de overheid op om, zoals de naam al zegt, een rode lijn te trekken. Israël moet nú stoppen met dit genocidale geweld. Hier trekken wij de rode lijn. En de overheid moet dat ook doen.

Blindheid en beschuldigingen

De wereld is verblind. De duisterste machten hebben mensen het zand in de ogen gestrooid. Opnieuw wordt het Joodse volk ten onrechte beschuldigt van de meest gruwelijke daden. En weet je wat het trieste is? Beschuldigingen tegen Joden zijn al zo oud als het Joodse volk zelf. Al in de Middeleeuwen deed het gerucht de ronde dat Joden tijdens Pesach christelijke kinderen ontvoerden om van hun bloed matzes te maken. En vandaag de dag klinkt de beschuldiging van genocide aan het Joodse adres.

Rode kleding

Maar er komt een moment, zo zegt de Bijbel, dat God zal verslinden "…de sluier waarmee het gezicht van alle volken omsluierd is, en de bedekking waarmee alle naties bedekt zijn" (Jesaja 25:7). Dan zal God zelf "de smaad van Zijn volk wegnemen van heel de aarde". (v8). God gaat recht doen. God gaat rechtvaardig oordelen. "Wie is deze", vraagt Jesaja  aan het begin van hoofdstuk 63, "die in helrode kleding uit Edom komt?" En nee, dat zijn geen Rode Lijn-demonstranten. Het is God die daar aankomt; zijn kleed bespat met bloed; "Waarom is dat rood aan Uw gewaad, en is Uw kleding als die van iemand die de wijnpers treedt?" (Jesaja 63:2). Er komt een moment dat God ingrijpt. "Daar zal Ik met hen een rechtszaak voeren, vanwege Mijn volk en Mijn eigendom Israël" (Joël 3:2). Dat is nogal wat; God oordeelt de volken op basis van hun houding tegenover Zijn volk en land. En Jezus, zo lezen we in Openbaringen 19, voert aan het einde van de tijd dit oordeel uit: "En Hij was bekleed met een in bloed gedoopt bovenkleed, en Zijn Naam luidt: Het Woord van God. (…) En uit Zijn mond kwam een scherp zwaard, opdat Hij daarmee de heidenvolken zou slaan. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren staf. En Hij treedt de wijnpersbak van de wijn van de grimmige toorn van de almachtige God" (v13, 15).

Totdat…

Hebben we deze urgentie door? Beseffen we dat het moment komt dat God zegt tot hier en niet verder. Jezus zal de volken oordelen en de wijnpersbak van God betreden. Zijn kleed zal rood zijn van bloed. En Hij zal tronen op de berg Sion, te midden van Israël; daar zal Hij een toevlucht zijn – ook voor ons. Laten we daarom de God van Israël en Zijn Messias blijven aanroepen, want het moment komt dat Israëls God een rode lijn trekt.