Wanneer men kijkt naar de nieuwsprogramma's van de drie grote tv-stations van Israël, zou je kunnen concluderen dat interne politieke aangelegenheden of misdaden de belangrijkste kwesties zijn. En wanneer, bijvoorbeeld aan het einde van de ongeveer anderhalf uur durende programma’s, de zeer gespannen en explosieve situatie in Jeruzalem wordt behandeld, wordt er nauwelijks gesproken over de oorzaken van het steeds weer escalerende geweld door Palestijnse Arabieren.

Maor Tzemach, voorzitter van de NGO ‘Your Jerusalem’, bekritiseerde deze week de Israëlische media fel vanwege hun minimale berichtgeving over Arabisch geweld in Jeruzalem. Tzemach beweerde dat de media bewust uiterst voorzichtig waren om over de harde realiteit ter plaatse te rapporteren. Dit omdat men de huidige regering, met een Arabische islamitische partij en een extreem linkse partij in haar gelederen, niet in verlegenheid wil brengen.

Harde realiteit

Laten we eens kijken naar de harde realiteit en naar wie of wat verantwoordelijk is voor de huidige rellen in de buurt van de oude stad van Jeruzalem. De afgelopen periode hadden Israëlische politieagenten elke dag te maken met honderden agressieve Arabieren. Zij kwamen naar de Damascus poort van de Oude Stad om stenen en molotovcocktails te gooien naar Israëlische Joden en politieagenten.

Zo arresteerde de politie woensdag 22 Arabieren en moest ze waarschuwingsschoten in de lucht lossen om de gewelddadige menigte uiteen te drijven. De relschoppers gooiden stenen naar passerende Israëlische auto’s en werden de ruiten van een bus verbrijzeld. De buschauffeur zag het geweld aankomen en gebood de passagiers op de vloer te gaan liggen. Dat spaarde waarschijnlijk het leven van menig passagier, omdat het om een regen van stenen en rotsblokken ging.

Een 38-jarige man en een zestienjarige Joodse jongen raakten desondanks gewond bij het incident en moesten behandeld worden door de EHBO-organisatie Magen David Adom.

Ophitsing

Hamas, Turkije, de Palestijnse Autoriteit en islamitische activisten wakkeren het geweld in Jeruzalem aan. Dit onder het voorwendsel van ‘Israëlische kolonisten die de al-Aqsa-moskee bestormen’. Met dit voorwendsel hitsen ze de massa’s op.

In werkelijkheid zijn er echter geen Israëlische Joden die de moskee binnengegaan. De Joodse bezoekers komen naar de heiligste plaats in het Jodendom waar de tempels ooit stonden voordat ze werden vernietigd. Sommigen van hen proberen een gebed te reciteren, iets dat de politie niet wil.

De gewelddadige rellen werden hervat nadat een rechter van een rechtbank van Jeruzalem vonniste dat Joden die de Tempelberg bezoeken daar voor de eerste keer sinds1967 in stilte mochten bidden. De uitspraak kwam nadat de politie rabbi Aryeh Lippo verbannen had van de Tempelberg. De rabbijn reciteerde daar dagelijks in stilte een gebed. Rechter Bilha Yahalom schreef in haar uitspraak het volgende: "Rabbi Lippo's dagelijkse komst naar de Tempelberg geeft aan dat dit een kwestie van principe en belang is voor hem is."

De uitspraak van Yahalom werd later teniet gedaan door het Israëlische Hooggerechtshof. Israëlische ministers die de voortzetting van de zogenaamde status-quo beloofden slaagden er ook niet in om een escalatie van het dagelijkse geweld te voorkomen.

Abbas en de PA

Sjeik Akrama Sabri, die gelieerd is aan Hamas, is één van de hoofdrolspelers in de ophitsing die de dagelijkse rellen aanwakkert. Echter, ook de leider van de Palestijnse Autoriteit (PA), Mahmoud Abbas, speelt hierin een belangrijke rol.

Abbas zei deze week tijdens een vergadering van het Uitvoerend Comité van de PLO dat ‘een echte confrontatie met de bezetting’ noodzakelijk was geworden. Hij noemde vervolgens het voorbeeld van ‘herhaalde aanvallen van kolonisten op de Al-Aqsa-moskee’ als één van de excuses voor zijn ophitsing. In dit opzicht zijn Abbas en de Palestijnse Autoriteit niet anders dan Hamas. De terreurorganisatie opende deze week de nieuwe studio's van Al-Aqsa-tv met de belofte dat ‘het bezette Al Quds (Jeruzalem) spoedig zou worden bevrijd’.

Palestijns ‘cultuur’-festival

Itamar Marcus, de directeur van Palestijnse Media Watch (PMW), publiceerde zojuist een exposé over hoe de PA het vermoorden van Israëli’s vereert’ en het volk ophitst tegen Israël.Aan het begin van een 'cultuurfestival' in Bethlehem zetten het PA-ministerie van Cultuur en de PLO-commissie voor Gevangenenzaken een tentoonstelling met foto's en namen van talloze terroristen die gevangenen worden gehouden. “Deze terroristen hebben ten minste 46 Israëli's vermoord. De anderen waren 'martelaren', terroristen die verantwoordelijk zijn voor de dood van minstens 136 Israёli’s”, meldde Marcus.

Het evenement in Bethlehem duurt een jaar en begon in april. Abbas kwam toen zelf naar de stad, die ooit een meerderheid van de christelijke bevolking huisvestte. Sinds de oprichting van de PA is de stad veranderd in een moslimbolwerk. "Terwijl Joden Bethlehem vereren als de begraafplaats van de aartsmoeder Rachel en christenen de stad eren als de geboorteplaats van Jezus, gebruikt de PA Bethlehem om de steun voor terreur te benadrukken", aldus Marcus.

PMW onthulde dat het ‘culturele’ evenement een ceremonie omvatte ter ere van zogenaamde Shahids (martelaren), terroristen die verantwoordelijk waren voor de massamoord op Israëlische Joden. Tevens werd er een parade gehouden door gemaskerde en zwaarbewapende leden van Fatah, de militaire tak van de PLO.

Er was ook een tentoonstelling met posters van beruchte Palestijnse massamoordenaars zoals Salah Khalaf, die aan het hoofd stond van de Zwarte September-organisatie. De terreurgroep was verantwoordelijk voor het bloedbad in München tijdens de Olympische Spelen van 1972 in Duitsland.

Rol Turkije en Erdogan

De ophitsing door de twee Palestijnse entiteiten in Israël is niet de enige reden waarom de situatie in Jeruzalem zo explosief en gewelddadig is geworden. De activiteiten van islamitische organisaties die worden gesteund door het regime van de Turkse president Erdogan zijn een andere factor voor het aanhoudende geweld. Vorig jaar hield Erdogan een toespraak waarin hij zichzelf afschilderde als de beschermheer van Jeruzalem en zei dat de hoofdstad van Israël ‘een rode lijn’ voor hem was.

Erdogan zei toen dat zijn standpunt over 'Palestina' hetzelfde was als dat van sultan Abdul Hamid II. Hamid II was de laatste Ottomaanse sultan die probeerde de zionistische droom tot zinken te brengen. Ook nam hij een reeks beperkende maatregelen tegen Joden die in Israël aankwamen. Daarnaast was hij tegen de verkoop van 'Palestijns' land aan 'buitenlandse' Joden.

Net als Hamid beschouwt Erdogan Israël als Ottomaans eigendom. Het is hierom dat hij vorig jaar zei dat Jeruzalem in feite een Turkse stad was. Hij beweerde dat het bewijs hiervoor was dat de Ottomaanse sultan Suleiman de muren rond de oude stad had gebouwd. Tijdens een toespraak in mei van dit jaar riep de Turkse dictator verder de moslimnaties opnieuw op om zich te verenigen tegen Israël.

Ook in zijn daden laat de Turkse president zien dat hij zichzelf beschouwt als de beschermheilige van Jeruzalem. Het regime van Erdogan investeert tientallen miljoenen euro’s per jaar in zogenaamde dawa, missionaire activiteiten, door burgerverenigingen, non-profitorganisaties en andere organisaties in Arabisch Jeruzalem.

Hun doel is om jonge Arabieren aan te trekken. Zij worden vervolgens gehersenspoeld via educatieve programma's die worden gefinancierd door het Turkse regime. Ook gebruikt Turkije zijn diplomatieke missies om zijn invloed onder de Arabische massa's in Jeruzalem te vergroten.