'God brengt Zijn volk thuis en straks zal niemand achterblijven'
Door ds. Kees Kant -
13 april 2022
We rijden in de bus van onze schuilplaats in Oekraïne op weg naar de grens met Moldavië. We brengen een groep Joodse vluchtelingen naar Moldavië om vandaar naar Israël te vertrekken. Tijdens de reis hoor ik de verhalen van verschillende mensen.
Helemaal alleen op weg
Haar naam is Victoria. Ze is 82 jaar en afkomstig uit Kharkov, in het Oosten van Oekraïne. Sinds het begin van de oorlog hielden de explosies alsmaar aan. De winkels waren gesloten of vernield. Het werd te gevaarlijk en ze moest vluchten.
Haar zoon woont in een dorpje iets verder naar het westen, waar het nog rustig is. Haar kleinzoon is vorig jaar al naar Israël vertrokken. “Kom toch naar Israël, oma, u hebt toch geen toekomst meer in Oekraïne”, zo drong hij er bij haar op aan. Uiteindelijk besloot ze toch maar om te gaan. Een moeilijke beslissing. Haar zoon mag het land niet verlaten, omdat hij ingezet kan worden het land te verdedigen. Langs omwegen is ze maandag aangekomen in onze schuilplaats in het westen van Oekraïne. Dinsdagmorgen vertrok ze samen met andere vluchtelingen naar de grens met Moldavië. We hebben in de bus even met elkaar gepraat, met behulp van Nataliya, een bijzonder toegewijd teamlid in Oekraïne, die als tolk fungeerde.
(tekst gaat verder onder de foto's)
Daar gaat ze, de brug over naar Moldavië. Met al haar bezittingen in slechts een klein koffertje. Wat zal er allemaal door haar heen gaan? Onzekerheid, angst, verdriet? We hebben er maar niet al te diep op doorgevraagd. Nataliya slaat een arm om haar schouder. Eenmaal over de grens krijgt Victoria in het opvangcentrum van de gezamenlijke kerken in Moldavië koffie en een warm broodje. Vanaf de grensplaats is het drie uur rijden naar Kishenov, de hoofdstad van Moldavië. Daar dragen we haar en de andere vluchtelingen over aan de goede zorgen van het Joods Agentschap, dat haar en de anderen naar Israël zal brengen. We wensen haar geluk, rust en zegen toe in het thuisland van haar verre voorouders.
Angst om alles achter te laten
Mijn oog valt op een jonge vrouw samen met een oudere vrouw. Ze heet Sveta en is 35 jaar oud. Ze komt uit een dorp zo’n 60 kilometer van Donetsk. Dus uit het oorlogsgebied. De vrouw naast haar is Galina. Ze is 80 jaar oud en de schoonmoeder van de zus van Sveta. Haar zus en zwager zijn al eerder naar Israël vertrokken. Zodra ze zich daar gesetteld hebben, zou Sveta met schoonmoeder volgen.
Door de oorlog is dat nu in een stroomversnelling gekomen. Toen de eerste bombardementen kwamen, zeiden de autoriteiten dat ze maar beter konden vertrekken. Misschien zou alles wel vernietigd worden. Ze hadden gehoord van onze schuilplaats en na een lange reis komen ze daar samen aan. Na een warme maaltijd, een douche en een goede nachtrust, gaan ze dinsdagmorgen met ons mee met de bus naar Moldavië. Galina zegt tegen Nataliya, die ons vertaalt, dat ze droomt van een goede oude dag in Israël. “Bent u bang?”, vraagt Nataliya. “Nee”, zegt ze, “maar ik ben wel bang om alles achter te laten”.
(tekst gaat verder onder de foto's)
Ze heeft inderdaad alles achter zich moeten laten. Al haar bezittingen zitten in een kleine koffer. Waarschijnlijk zal alles wat ze achterlaat verwoest worden. We realiseren ons dat we dit eigenlijk niet kunnen bevatten. Alles in een koffertje, dit is steeds hetzelfde beeld dat we voor ons zien. Als wij gaan verhuizen, dan komt er een verhuiswagen. Zij hebben slechts een koffertje. Eenmaal in de hoofdstad van Moldavië neemt het Joods Agentschap het van ons over. En zo gaat het elke dag opnieuw. Morgen wacht opnieuw een grote bus om enkele tientallen Joodse vluchtelingen op weg te brengen.
God brengt Zijn volk thuis en uiteindelijk zal straks niemand achterblijven. We zijn dankbaar dat we hier een klein steentje aan mogen bijdragen.
“Dan zullen zij weten dat Ik, de HEERE, hun God ben, omdat Ik hen onder de heidenvolken in ballingschap voerde, maar hen ook weer verzamelde in hun land en niemand van hen daarginds nog liet achterblijven. Ik zal Mijn aangezicht niet meer voor hen verbergen, wanneer Ik Mijn Geest over het huis van Israël heb uitgestort, spreekt de Heere HEERE.”
— Ezechiël 39: 28-29
Hoe kunt u helpen?
Christenen voor Israël regelt vervoer vanuit Oekraïne naar Moldavië en Roemenië, van waaruit Joodse vluchtelingen naar Israël vliegen. Een busrit kost €4000,-. Dat is omgerekend €100,- per persoon. We verwachten dat er de komende tijd nog veel bussen zullen vertrekken. Dit kan alleen mogelijk gemaakt worden met uw steun. Helpt u mee? Doneer dan hieronder. Bedankt voor uw betrokkenheid en steun!