Daarbij gaat het om oproepen tot volkerenmoord en het meehelpen uitvoeren daarvan.

Sa’ar besloot na overleg met Tzachi Hanegbi, de nationale veiligheidsadviseur, om een concreet voorstel voor te leggen aan premier Benjamin Netanyahu, die uiteindelijk de beslissing zal nemen om wel of niet naar het ICJ te gaan. Netanyahu kennende zal hij akkoord gaan met het plan en dat zal betekenen dat Israël de rollen bij het ICJ zal omdraaien. In plaats van in het beklaagdenbankje te zitten vanwege een valse beschuldiging over volkerenmoord in Gaza zal Israël de aanklacht tegen Iran over hetzelfde onderwerp leiden.

De ironie is dat Israël een jaar geleden geen kans zou hebben gemaakt om Iran aan te klagen bij het ICJ. Dit omdat Iran pas in juni vorig jaar een verklaring tekende waarin het zich verplichtte om bij iedere zaak tegen de Islamitische Republiek de jurisdictie van het Internationaal Gerechtshof te erkennen.

"Israël is een kankergezwel dat moet worden verwijderd"

De vraag is nu of Israël in staat is om genoeg bewijsmateriaal tegen Iran aan te dragen om het Hof zover te krijgen om de zaak in behandeling te nemen.

Wanneer we kijken naar de bepalingen over oproep tot volkerenmoord in de Genocide Conventie is er overduidelijk en genoeg bewijs. Iraanse leiders, waaronder ayatollah Ali Khamenei, hebben herhaaldelijk gezegd dat Israël van de kaart moet worden geveegd of uit de wereld moet worden geholpen, afhankelijk van hoe je de uitspraken uit het Farsi vertaalt. Israël werd verder een "kankergezwel" genoemd dat moest worden verwijderd uit het Midden-Oosten. Israël is immers de enige niet-moslimstaat op het grondgebied van de ‘Dar al-Islam’, het grondgebied van de islam dat zich ooit uitstrekte tot in Spanje.

Eindoplossing

Khamenei heeft zelfs, in navolging van de nazi’s (Endlösung) gesproken over een “eindoplossing” van het, in zijn ogen, probleem van de zionistische entiteit. In mei 2020 publiceerde Khamenei op zijn officiële website een poster waar een tekst melding maakte van de noodzaak van een “eindoplossing” voor de Joodse staat. De Iraanse leider probeerde later, na een storm van protest, om de schade wat te beperken door te beweren dat hij het verwijderen van “zionistische regime” had bedoeld en niet de Joden. Dit gaat over “eliminatie van Israël”, voegde hij toe aan zijn uitleg, waarin hij ook toegaf dat Iran “iedere groep of natie zal steunen die tegen het “zionistische regime vecht”. De poster bevatte een bewerkte foto waarop een menigte was te zien die feest vierde op de Tempelberg na de zogenaamde vernietiging van Israël. Dit is slechts één voorbeeld uit een lange reeks oproepen tot de vernietiging van Israël die Iran nu in daden probeert om te zetten.

Sa’ar had het in zijn toelichting op zijn plan om Iran aan te klagen in verband met volkerenmoord, ook over de rol van Iran bij de gewelddadige acties van terreurbewegingen en milities die Israël nu op zes fronten bestrijden. Die fronten zijn Gaza, Judea en Samaria, Libanon, Syrië, Irak en Jemen, waar Ansar Allah na de gruweldaden van Hamas op 7 oktober zich heeft ontpopt als een gevaarlijke en fanatieke vijand van Israël.

Overdadig bewijs

Er is overdadig bewijs dat Iran deze terreurbewegingen bewapent, traint en financiert.

Iraanse wapentransporten, bijvoorbeeld, werden door de Amerikaanse marine onderschept in de Perzische Golf . 

De Israëlische marine onderschepte verder ook Iraanse wapentransporten in de Rode Zee en viste containers met raketten op voor de kust van Gaza, die uit Iran afkomstig bleken. Het beste voorbeeld was het schip MV Karine A, dat met wapens uit Iran op weg was naar de Jordaanse havenstad Aqaba in januari 2002. De wapens waren bedoeld voor Yasser Arafats Palestijnse Autoriteit, die op dat moment in oorlog was met Israël.

Ander bewijs vormen de overblijfselen van raketten die op Israëlische bevolkingscentra werden afgevuurd gedurende de oorlogen met Hamas en Hezbollah, en die in Iran waren geproduceerd.

Het bewijsmateriaal met betrekking tot Irans rol in de pogingen Israël te doen imploderen via een niet aflatende terreurgolf (en nu ook via een meervoudige frontenoorlog) werd versterkt door de huidige oorlog tegen Hamas en Palestijnse Islamitische Jihad in Gaza.

Tijdens de turbulente gebeurtenissen op 7 oktober werden in Gaza door terroristen en hun handlangers in het Farsi bevelen gegeven. Dit was niet uniek, omdat de Iraanse Islamitische Revolutionaire Garde (IRG) altijd ‘adviseurs’ ter plekke heeft in de gebieden waar oorlog wordt gevoerd door Iran’s vazallen. De geliquideerde commandant van de Quds Brigade van de IRG, Qassem Soleimani, overzag zelfs persoonlijk menig veldslag door deze vazallen in zowel Syrië als Irak.

Het duidelijkste bewijs van de Iraanse betrokkenheid bij 7/10 kwam van de documenten die werden gevonden op de lichamen van gedode terroristen op en na 7 oktober. Deze documenten kwamen in het bezit van Ryan McBeth, een Amerikaanse expert op militaire operationele plannen. McBeth analyseerde de operationele plannen die door de IDF werden gevonden en kwam tot de conclusie dat deze alleen door een staat konden zijn opgesteld. MacBeth zei duidelijk dat het waarschijnlijk is dat de operationele plannen die de IDF vond in Iran werden gemaakt. Hij kreeg bij het maken van zijn analyse van de documenten hulp van mensen die Arabisch als moedertaal hebben.

De gehele uitvoering van de acties van Hamas en andere terroristen op 7/10 had de kenmerken van een Iraanse operatie. Het was iets geheel anders dan Hamas ooit had gedaan tegen Israël, en dan hebben we het niet over de terreur. De planning van het begin van de operatie liet al zien dat dit van een ander kaliber was dan bijvoorbeeld de ‘mars op de terugkeer’ die Hamas iedere week organiseerde langs de grens met Israël. Geen brandende ballonnen of autobanden, maar cyberaanvallen, aanvallen met onbemande vliegtuigen en een zeer goed georganiseerd plan, volgens McBeth.

Sterkere zaak dan Zuid-Afrika

AMAN, de inlichtingendienst van de IDF moet nu in het bezit zijn van bewijzen tegen Iran die op 7 oktober werden gevonden en daarna tijdens de grondoperatie in Gaza. Met deze bewijzen wordt Iran medeplichtig aan de volkerenmoord die op 7 oktober werd uitgevoerd op Israëlische Joden in de dorpen en kibboetsen rond Gaza. De zaak die Israël zal aanspannen tegen Iran bij het ICJ lijkt daarom een stuk sterker dan die van Zuid-Afrika tegen de Joodse staat.