Sluiten

Zoeken.

Artikelen

Activiteiten

Kennisbank

Podcasts

Projecten

Publicaties

Videos

Overig

VN-rapporteur valt Christenen voor Israël aan vanwege steun aan Joden

Door Christenen voor Israël - 

18 juni 2025

shutterstock_2219430729 (1)

Francesca Albanese, speciaal rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Palestina. | Foto: Shutterstock

Francesca Albanese, namens de VN ‘speciaal rapporteur voor de mensenrechtensituatie in de sinds 1967 door Israël bezette gebieden’, valt christenen aan die Joden steunen die in de Oude Stad van Jeruzalem of in Judea en Samaria wonen. In april van dit jaar stuurde zij een ‘vertrouwelijke’ brief aan Christenen voor Israël (CvI) waarin allerlei extreme en niet-onderbouwde beschuldigingen stonden aan het adres van onze organisatie. Ze ‘waarschuwde’ deze beschuldigingen tegen Christenen voor Israël te zullen rapporteren aan de VN-Mensenrechtenraad. In dit artikel gaan we beknopt in op de achtergrond van de brief en een aantal van de beschuldigingen.

Lastercampagne

De brief van Albanese past in een lastercampagne tegen Christenen voor Israël die al langer gaande is. In februari 2023 werd Christenen voor Israël op een Iraanse sanctielijst geplaatst. Sinds 7 oktober 2023 zijn de laster en dreiging drastisch toegenomen, onder meer door eenzijdige en tendentieuze berichtgeving, juridische procedures, bekladdingen, bedreigingen en intimiderende demonstraties bij onze evenementen.

Wij voelen ons genoodzaakt de ongegronde en lasterlijke juridische beschuldigingen van Albanese openbaar te maken omdat deze, naar onze mening, bedoeld zijn om de goede naam door het slijk te halen van organisaties die het Joodse volk steunen. Eerder vandaag publiceerde de Telegraaf over deze kwestie. Onze verwachting is dat mevrouw Albanese haar ongegronde beweringen over Christenen voor Israël zal verwerken in een rapport dat zij komende maand aan de VN-Mensenrechtenraad zal voorleggen.

Wie is Francesca Albanese en waarom is zij uiterst omstreden?

Sinds haar benoeming in 2022 heeft Albanese haar positie binnen de VN misbruikt om het recht van het Joodse volk op zelfbeschikking en de legitimiteit van Israël als Joodse staat aan te vallen. Haar opruiende retoriek en vele venijnige aanvallen op het Joodse volk en de Joodse staat Israël hebben ertoe geleid dat een aanzienlijk aantal VN-lidstaten Albanese van antisemitisme beschuldigen en om haar ontslag vroegen (UN Watch).

Ook in Nederland is Francesca Albanese omstreden: zo weigerden de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken en een meerderheid in de Tweede Kamer haar te ontvangen (NOS). Ook nam ze in 2022 deel aan een door Hamas georganiseerde conferentie (NGO-monitor).

Aanval Albanese op Christenen voor Israël

Het nieuwste doelwit van Albaneses ‘kruistocht’ tegen de Joodse staat is Christenen voor Israël. In april 2025 stuurde Albanese een ‘vertrouwelijke’ brief waarin zij niet alleen Christenen voor Israël, maar ook alle afdelingen van Christians for Israel International beschuldigt van schending van het internationaal recht inzake mensenrechten, humanitair recht en strafrecht. Zij dreigt in haar brief onze organisatie te noemen in haar volgende rapportage aan de VN-Mensenrechtenraad, tijdens de 59e zitting, die van 16 juni tot 11 juli zal plaatsvinden in Genève.

In april 2025 stuurde Albanese een ‘vertrouwelijke’ brief waarin zij niet alleen Christenen voor Israël, maar ook alle afdelingen van Christians for Israel International beschuldigt van schending van het internationaal recht inzake mensenrechten, humanitair recht en strafrecht.

Volgens Albanese:

  • zou Christenen voor Israël het internationaal recht schenden. Ze schrijft dat: “er redelijke gronden zijn om aan te nemen dat Christenen voor Israël zich schuldig heeft gemaakt aan activiteiten die een schending zijn van dwingende normen van het internationaal recht en andere cruciale rechtsbeginselen en -normen.”

  • zou Christenen voor Israël mogelijk strafbaar zijn vanwege het steunen van ‘illegale bezetting’. “Deze situatie stelt Christenen voor Israël bloot aan mogelijke strafrechtelijke aansprakelijkheid voor de materiële steun die zij verleent om de illegale bezetting van Israël in stand te houden, wat volgens het Statuut van Rome een internationaal misdrijf van agressie vormt.”

  • zou Christenen voor Israël ‘waarschijnlijk’ oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan. Zij beweert dat er “redelijke gronden [zijn] om aan te nemen dat Christenen voor Israël ook betrokken is bij en/of steun verleent aan grove schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht, bij de exploitatie van de natuurlijke hulpbronnen van de bezette Palestijnse gebieden, en de omleiding van een groot deel daarvan naar de eigen bevolking van Israël, met inbegrip van kolonisten, in strijd met het internationaal humanitair recht; oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, waaronder opzettelijke moord en het opzettelijk veroorzaken van groot leed."

Het lijkt erop dat mevrouw Albanese haar beweringen baseert op recente publicaties van onderzoeksbureau Investico, BNNVARA en het Nederlands Dagblad. In dit artikel weerlegden wij uitgebreid de beschuldigingen die werden gedaan door genoemde media. Ook in dit artikel van de Telegraaf kunt u hier meer over lezen.

Eén van de beschuldigingen is dat Christenen voor Israël nederzettingen zou steunen die gebouwd zouden zijn op ‘gestolen Palestijns land’. Het zou daarbij gaan om het dorp Revava, waar Christenen voor Israël tien tijdelijke en verplaatsbare woningen heeft betaald voor de noodopvang van vluchtelingen uit Oekraïne. Christenen voor Israël heeft recent een onderzoek laten uitvoeren door een onafhankelijke jurist, die tot de conclusie komt dat er geen enkel bewijs is dat Revava (en in het bijzonder de tijdelijke woningen in Revava die door Christenen voor Israël zijn gefinancierd) op Palestijns privaat land is gebouwd (lees hier het juridisch document).

Een andere beschuldiging is, dat door (enkel humanitaire) steun te verlenen aan Joden die in Oost-Jeruzalem, Judea of Samaria wonen, Christenen voor Israël verantwoordelijk zou zijn voor vermeende overtredingen van het internationaal recht door de staat Israël. Deze beschuldigingen van mevrouw Albanese hebben geen enkel juridisch fundament. Niet alleen zijn haar juridische analyses tendentieus, maar in plaats van onafhankelijk onderzoek te doen naar onze activiteiten heeft zij onjuiste informatie over Christenen voor Israël in haar brief kritiekloos overgenomen. Van een belangrijke organisatie zoals de VN zou je z’n minst zorgvuldigheid mogen verwachten. Veel mensen geloven wat zij zegt omdat ze opereert onder de vlag van de VN.

Kortom: Christenen voor Israël ontkent Albaneses beweringen krachtig. Als antwoord op haar brief hebben wij een reactie gestuurd waarin we de beschuldigingen ver van ons werpen en mevrouw Albanese verzoeken haar beweringen met bewijs te onderbouwen. Tot op heden hebben wij daarop geen reactie ontvangen.

Het is belangrijk te benadrukken dat onze steun louter humanitair van aard is en daadwerkelijk besteed wordt om te voorzien in de onmiddellijke fysieke en emotionele behoeften van de Joodse en Palestijnse inwoners van genoemde gebieden.

Anti-Israëlcampagne

Op 19 mei 2025 stuurde het Amerikaanse ministerie van Justitie een brief aan Albanese over haar “alarmerende briefcampagne gericht tegen instellingen die de staat Israël steunen of daarin investeren”. In deze brief wordt ook opgeroepen tot haar ontslag. Volgens deze brief “is uw suggestie dat deze organisaties strafrechtelijk aansprakelijk kunnen worden gesteld voor medeplichtigheid aan genocide of oorlogsmisdaden niet alleen juridisch ongegrond, maar uw acties zijn ook lasterlijk, gevaarlijk en een flagrante misbruik van uw ambt.” Lees de volledige brief.

Christenen voor Israël biedt humanitaire hulp aan Joden én Palestijnen in de gebieden A en C

Al meer dan twintig jaar ondersteunt Christenen voor Israël projecten in Judea en Samaria, ook wel bekend als de Westelijke Jordaanoever. Deze projecten bevinden zich in gebied C, dat - op grond van de Oslo-akkoorden (bindende overeenkomsten die in de jaren negentig zijn gesloten tussen Israël en de PLO) - onder Israëlisch bestuur valt.

We ondersteunen humanitaire projecten, variërend van speeltuinen, een tehuis voor meisjes in nood, ziekenhuisapparatuur, een kinderdagverblijf voor kinderen met een verstandelijke beperking, en voedselhulp voor arme gezinnen. De hulp aan de Joodse inwoners van Judea en Samaria bedraagt drie procent van alle donaties van Christenen voor Israël voor projecten in Israël. Daarnaast steunen we ook Palestijnse christenen in gebied A (dat onder controle staat van de Palestijnse Autoriteit) met voedselpakketten voor Palestijnse gezinnen, en zomerkampen voor Palestijnse kinderen. De hulp aan Palestijnen bedraagt eveneens drie procent van de totale donaties van Christenen voor Israël. Ook steunen we tientallen humanitaire projecten in Israël, waarbij Joden maar ook Arabieren, druzen, bedoeïenen, Arameeërs en andere minderheden geholpen worden.

Het is belangrijk te benadrukken dat onze steun louter humanitair van aard is en daadwerkelijk besteed wordt om te voorzien in de onmiddellijke fysieke en emotionele behoeften van de Joodse en Palestijnse inwoners van genoemde gebieden. Geen enkele financiële bijdrage van Christenen voor Israël in de gebieden A of C is gebruikt om geweld door kolonisten of diefstal van Palestijns land te bevorderen, te ondersteunen of mogelijk te maken.

Met onze steun aan mensen in deze regio neemt Christenen voor Israël geen standpunt in over de juridische of politieke status van Judea en Samaria. Christenen voor Israël erkent het recht van de Palestijnen op zelfbeschikking en ontkent dat de kleinschalige humanitaire projecten die Christenen voor Israël steunt in de gebieden A en C in de weg staan van de onderhandelingen over een vreedzame oplossing van het conflict onder de Oslo-akkoorden. We ondersteunen al tientallen jaren tal van projecten en initiatieven die het welzijn van Arabieren in Israël verbeteren en de samenwerking bevorderen tussen Joden en Arabieren, zowel in Israël als in de gebieden die onder de Oslo-akkoorden vallen.

De juridische framing van Albanese

Albanese doet verregaande beweringen over de aard van onze activiteiten en trekt ongefundeerde juridische conclusies over de gevolgen. Haar weigering om serieus te antwoorden op de vragen van Christenen voor Israël wekt de indruk dat zij niet bereid of in staat is de feiten vast te stellen of haar juridische conclusies te toetsen. Dit dreigt de reputatie van Christenen voor Israël te schaden en vormt daarom een grove schending van ons recht op een eerlijke beoordeling, en het recht van Christenen voor Israël en alle betrokkenen wereldwijd op vrijheid van godsdienstige overtuiging.

Christenen voor Israël erkent dat activiteiten van individuele ‘kolonisten’ of ‘nederzettingen’ in bepaalde gevallen in strijd kunnen zijn met het internationaal recht of het recht dat van toepassing is in Judea en Samaria. Zo is bijvoorbeeld het bouwen van huizen op grond die privé-eigendom is van een Palestijn in strijd met de wet. Ook is agressie van Joden in Judea en Samaria tegen Palestijnen in strijd met de mensenrechten, het humanitair of lokaal recht dat in Judea en Samaria van toepassing is. Ditzelfde geldt overigens ook voor agressie van Palestijnen tegen Joden. Agressie, geweld of diefstal keuren wij af, en dit soort misstanden zullen we nooit steunen.

Christenen voor Israël zet zich altijd in om al haar activiteiten uit te voeren in overeenstemming met het internationaal recht op het gebied van de mensenrechten, humanitaire beginselen en de geldende Nederlandse en EU-normen. Dit omvat maatschappelijk verantwoord ondernemen, transparantie en zorgvuldigheid. We hanteren strenge procedures voor de selectie van humanitaire projecten, toezicht op de partnerorganisaties en het waarborgen dat alle donaties worden besteed aan het doel waarvoor ze zijn gegeven.

Uitdrukking geven aan ons geloof

De missie van Christenen voor Israël is het bevorderen van Bijbels begrip binnen de kerk, en het bieden van troost aan het Joodse volk, door middel van gebed en actie. Het recht van christenen op religieuze overtuiging, vrijheid van meningsuiting en belangenbehartiging zijn fundamentele vrijheden die worden beschermd door internationale mensenrechteninstrumenten. Het humanitaire werk van Christenen voor Israël is een uitdrukking van ons christelijke geloof en geeft invulling aan de Bijbelse oproep om medeleven en steun te betonen aan onze medemens in nood: zowel Jood als Palestijn.

Conclusie

Christenen voor Israël blijft zich te allen tijde inzetten voor de Joodse staat Israël, en samenwerkingen tussen Joden en Arabieren. We laten ons niet intimideren door ongefundeerde beweringen, ook al staan deze op briefpapier van de Verenigde Naties.

We zijn dankbaar voor de steun van vele christenen in Nederland en wereldwijd die ondanks de soms felle tegenstand Israël blijven steunen. We roepen u op te blijven bidden voor Israël en de vrede van Jeruzalem.

Favicon CVI

De auteur

Christenen voor Israël

Doneren
Abonneren
Agenda