Sluiten

Zoeken.

Joods feest Lag Ba’Omer eindigt in tragedie

3 mei 2021

F210502YS09

In Israël hing de vlag halfstok ter nagedachtenis aan de 45 omgekomen Joden tijdens Lag Ba'omer. Foto: Yonatan Sindel/Flash90

Wat een groot feest had moeten zijn eindigde in de grootste civiele ramp in de geschiedenis van de staat Israël. Ongeveer honderdduizend meest ultraorthoxe Joden kwamen op donderdagavond naar het graf van de legendarische rabbijn Shimon Bar Yochai, vlakbij de berg Meron in het noorden van Israël.

Doordat de infrastructuur het graf niet berekend was op een dergelijk groot aantal pelgrims ontstond er gedrang en paniek toen de plechtigheid werd beëindigd. Duizenden pelgrims wilden door een smalle corridor naar de uitgang gaan. Daarbij ontstond zoveel gedrang dat mensen over elkaar heen vielen en letterlijk werden doodgetrapt.

Uiteindelijk kwamen 45 Joden om het leven en raakten honderdvijftig anderen gewond.

Wat is Lag Ba’Omer?

Lag Ba’Omer is de jaarlijkse herdenking van de jarhzeit (de sterfdag) van rabbijn Shimon Bar Yochai (afkorting: Rashby). Deze dag wordt al meer dan honderd jaar gevierd met gezangen, dansen en het ontsteken van kampvuren, ook in andere delen van de Joodse staat. De feestdag wordt Lag Ba’Omer genoemd, omdat het de 33ste dag van de Omertelling is. De Omertelling is het tijdvak tussen de eerste dag van Pesach, het Joodse Paasfeest, en het Wekenfeest (Shavoeot in het Hebreeuws).

Lag Ba'Omer wordt al meer dan honderd jaar gevierd met gezangen, dansen en het ontsteken van kampvuren.

Lag bestaat uit de letters Lamed en Gimel. Letters in het Hebreeuws hebben getalswaarde: Lamed staat voor dertig en Gimel voor drie. De jaarlijkse herdenking van de sterfdag van rabbijn Shimon Bar Yochai is een feest, omdat de rabbijn zijn leerlingen voordat hij stierf opdracht gaf niet te treuren maar een feest te houden. De Joodse traditie zegt dat rabbijn Yochai zijn leerlingen vertelde dat hij de dood niet zag als het einde van alles maar dat hij blij was heen te gaan naar een veel betere wereld.

Rabbijn Yochai leefde in de tweede eeuw en wordt algemeen gezien als één van de meest invloedrijke Joodse Bijbelgeleerden. Volgens de overlevering schreef hij de Zohar, de mystieke uitleg over de Tora.

Nationale rouwdag

In Israël werd op zondag een nationale rouwdag gehouden. Op alle regeringsgebouwen wapperden de vlaggen halfstok. Tegelijkertijd werd er opgeroepen tot een staatsonderzoek naar de omstandigheden waarin de ramp zich voltrok.

Micha Lindenstraus, de voormalige Israëlische nationale ombudsman, had al twee keer in zijn jaarlijkse rapport gewaarschuwd voor een mogelijke ramp in Meron. Dat gebeurde in 2008 en 2011 en Lindenstrauss waarschuwde toen dat de infrastructuur bij het graf van rabbijn Yochai niet berekend was op honderdduizenden pelgrims tijdens Lag Ba’omer. In 2011 schreef Lindenstraus: “De bestaande situatie moet onmiddellijk worden veranderd, inclusief de verwaarlozing van de plaats. De schade aan de heilige plaats moet gezien worden als een gebrek aan respect.”

Experts hebben verder gewaarschuwd dat er niet meer dan 15.000 mensen tegelijk zouden moeten worden toegelaten in de gebouwen rond het graf van Rashby.

Toldot Aharon sekte

De honderduizend pelgrims die op donderdag in Meron waren behoorden in meerderheid tot de Toldot Aharon Chassidim. Dit is een sekte die zich niet gebonden voelt aan overheidsvoorschriften en men leeft in feite in afzondering. De meeste leden van de sekte wonen in centraal Jeruzalem en men beschouwd zichzelf niet als zionistisch.

De infrastructuur bij het graf van rabbijn Yochai was niet berekend was op honderdduizenden Joden tijdens Lag Ba’omer.

Ook na de ramp gaven leden van Toldot Aharon blijk voor hun minachting voor vertegenwoordigers van de staat Israël. Vrouwelijke soldaten van het Israëlische leger te hulp schoten werden aangevallen door sommige pelgrims. Deze excessen verhinderden echter niet dat uit alle delen van de samenleving in Israël mensen blijk gaven van solidariteit. Velen belden naar de ambulancedienst Magen David met het aanbod om bloed te doneren.

Politie vreesde ramp

De politie in Israël vreesde de ramp en hield twee weken geleden een vergadering met leden van het Ministerie van Volksgezondheid en Binnenlandse Zaken. Men raadde toen aan om de plaats van het graf voor twee weken te sluiten. Dat die aanbeveling niet werd overgenomen, had te maken met concrete informatie die men had over het te verwachten gedrag van de pelgrims. Die informatie zei dat de politie een confrontatie moest verwachten met de overwegend ultra-orthodoxe Joden die een sluiting van het graf niet zouden accepteren en evengoed naar Meron zouden reizen.

Voor Lag Ba’omer bestonden er al restricties voor de bezoekers van Meron vanwege de coronacrisis.

Ikzelf bezocht Meron enkele weken geleden en zag met eigen ogen dat groepen ultra-orthodoxe Joden de beperkende maatregelen van de Israëlische regering compleet negeerden en zonder mondkapjes met elkaar dansten.

Officieel onderzoek

De meeste slachtoffers van de ramp in Meron zijn inmiddels begraven volgens de Joodse riten. Het is nu wachten op een officieel onderzoek naar de tragedie. Amir Ohana, Minister van Justitie, heeft inmiddels bekendgemaakt dat hij zich verantwoordelijk voelt voor wat er gebeurde, maar dat hij er niet schuldig aan is.

Op de sociale media lieten supporters van Hamas en Hezbollah weten dat men de dood van de ‘zionisten en bezetters’ verwelkomde en zelfs zegende. De Arabische Golfstaten lieten echter weten dat men de tragedie betreurde en ook de Palestijnse Autoriteit liet via leider Mahmoud Abbas weten dat men treurde over de doden.

Doneren
Abonneren
Agenda