Sluiten

Zoeken.

Bloedsprookje nog springlevend

Door Roger van Oordt - 

2 augustus 2023

0601 - Naamloos 2

De video over Mohammed al-Durrah is tot het bloedsprookje geworden van de Joodse staat. Nog altijd circuleren foto’s op internet met de melding dat de jongen omkwam door Israëlisch vuur. | Foto: screenshot

Can “the whole world” be wrong? (Kan “de hele wereld” het mis hebben?) Dat is de titel van het Engelstalige boek van prof. Richard Landis van de Boston University. Hij komt helaas tot een bevestigende conclusie met rampzalige gevolgen voor de hele samenleving en het Joodse volk.

Leugens over Joden zijn helaas van alle tijden. Sinds de middeleeuwen (500-1500) kregen de leugens over Joden algemeen bijval. Maar de eerste beschuldiging van rituele moord stamt al uit de eerste eeuw toen de Joden in Alexandrië beschuldigd werden jaarlijks een Griek te offeren. In het christelijke Europa klonken de beschuldigingen dat Joden christelijke kinderen ontvoerden om hun bloed te gebruiken bij het bakken van matses. Ook zij schuldig zijn aan het vergiftigen van de waterputten met de pest. Onder zware martelingen werden Joden gedwongen deze praktijken te bekennen. Het gevolg daarvan was dat hele groepen Joden op de brandstapel of op een andere gruwelijke manier werden uitgemoord.

Voorbode

De beschuldigingen van rituele moord duurden voort tot laat in de negentiende eeuw en sloegen over naar de Arabische landen. Pogroms waren het gevolg en daarbij vonden vele Joden de dood. Een enkele niet-Jood probeerde de leugens te ontmaskeren, maar zij werden tot medestanders van de Joodse vijand bestempeld.

Ook in onze tijd krijgen Joden de schuld van het ontstaan van problemen in deze wereld. De vervolging en vernietiging van de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog begon met het vertellen van leugens over Joden. Joden werden volkomen ontmenselijkt en met ratten en ander ongedierte vergeleken. Ontdaan van hun mens-zijn waren ze overgeleverd aan hun beulen. Deze leugens en vooroordelen over Joden bleven na de Tweede Wereldoorlog wat verborgen onder de oppervlakte. Een zich ongemakkelijk voelend Europa, nadat zij twee derde van haar Joden had vermoord of laten wegvoeren, bleek slechts een voorbode te zijn van nieuwe vormen van Jodenhaat.

Rechtvaardiging

Met argusogen keek de wereld naar de in 1948 gestichte Joodse staat. Konden wij Israël, het Joodse volk, niet betrappen op misdaden tegen de menselijkheid? Zou het Joodse volk zich beter gedragen dan wij in Europa? Ze kunnen toch niet menselijker, vreedzamer en barmhartiger zijn dan wij? De sluimerende gedachte een Jood te kunnen betrappen op een misdaad leek een goede rechtvaardiging te zijn voor het leed dat wij de Jood hebben aangedaan. En wat voor één Joodse man of vrouw geldt, zou dat niet voor alle Joden gelden?

Anonimiteit

Zo staat internet vol met bloedsprookjes, valse beschuldigingen van Joden. Joden worden op internet en de sociale media vaak weggezet als de bron van veel kwaad en sinds corona is dat verder geëxplodeerd. Door de anonimiteit wordt daar dan ook nauwelijks tegen opgetreden. En bij de overheid en samenleving ontbreekt hiervoor simpelweg de wil.

De leugens over Joden worden nog niet algemeen geloofd, maar het onkruid wordt gezaaid en ontkiemt verder in de grond. Totdat het volledig is opgekomen en wellicht de goede aren verstikt en niemand meer zijn mond durft open te doen.

Mohammed al-Durrah

Richard Landis gaat in zijn boek Can “the whole world” be wrong? in op het fenomeen van Mohammed al-Durrah. Op een video-opname uit het jaar 2000 is een twaalf jaar oude jongen te zien die als gevolg van geweervuur in de armen van zijn vader overlijdt. Deze video ging de hele wereld over, en Israël werd beschuldigd van het bewust vermoorden van kinderen.

In de Arabische landen, en ook in Europa – met name in Frankrijk – werd de video in nieuwsuitzendingen en op sociale media miljoenen keren getoond. Nieuws over Israël werd voorafgegaan door beelden van de ‘moord’ op Mohammed al-Durrah. Dat was niet eenmalig, maar ging jaren zo door. Later onderzoek toonde aan dat hij hoogstwaarschijnlijk gedood was door Arabisch vuur.

(tekst gaat onder de foto verder)

De video over Mohammed al-Durrah is tot het bloedsprookje geworden van de Joodse staat. Nog altijd circuleren foto’s op internet met de melding dat de jongen omkwam door Israëlisch vuur. | Foto: screenshot

Tweede Intifada

Ondertussen gingen Arabieren in de hele Arabische wereld de straat op om Israëls ondergang te eisen. Dood aan de Joden. Ook brak daarop de Tweede Intifada waarbij meer dan negenhonderd Joodse burgers bij terreuraanslagen werden vermoord. Ouderen, zwangere vrouwen, kinderen en baby’s, niemand werd ontzien door de opgestookte Arabische bevolking in Judea en Samaria.

In Frankrijk en Europa leek er een ingehouden vreugde te zijn over de beschuldiging aan het adres van de Joden. De beelden van Mohammed al-Durrah, met Israël als wrede daders, werden eindeloos herhaald om het de achterban vooral in te prenten.

Selectieve verontwaardiging

Het fenomeen dat de Joodse staat beschuldigd kan worden van een misdaad leidt consequent tot veroordelingen van de VN-Veiligheidsraad. Leugens over Joden doen het goed en het lijkt een goede reden om de westerse suprematie over Israël te gelde te maken. In het klein en groot. Er zijn kerken die het ‘lijden’ van christen-Arabieren vergelijken met de vernietiging van Joden in de gaskamers van Europa, en daarna de Joodse staat beschuldigen van deze zogenaamde vervolging van christelijke broeders. Ze gaan daarbij volkomen voorbij aan het feit dat christenen in Israël de meest vrije christenen van het hele Midden-Oosten zijn.

In bijvoorbeeld Koeweit of Saoedi-Arabië is geen kerk meer te vinden of een christen die een Bijbel mag bezitten. Heeft u ooit gehoord dat de PKN daar haar afschuw over uitgesproken heeft? Er is een selectieve verontwaardiging in het veroordelen van Israël en het zwijgen over de echte vervolging in de Arabische landen. Het lijkt ook hier op het aloude bloedsprookje, antisemitisme onder een bedekking. Er is een probleem, de Jood (het Joodse volk) heeft het gedaan, en hij moet daarvoor boeten.

Tot lof en tot een naam

Onlangs las ik het dagboek van Anna Haag uit Stuttgart. Zij kwam tijdens de Tweede Wereldoorlog tot de conclusie dat in nazi-Duitsland het vermogen om zelf te denken was gestopt en verboden werd. Ik hoop dat het in deze tijd niet zo ver zal komen, maar de tekenen van juist meer Jodenhaat en dan gericht tegen de Joodse staat worden steeds pregnanter. Het gaat niet meer om de feiten of de waarheid als het over Israël gaat, maar over een verhaal dat verteld wordt. En ja, “de hele wereld” kan ernaast zitten, en gelooft de leugens over Israël en het Joodse volk. De volken zullen zich allen aan Jeruzalem vertillen (Zacharia 12:3). Zal Israël deze nieuwbakken misleidingsindustrie doorstaan?

Israël en ook wij hoeven niet te wanhopen, want in de Tenach, Zefanja 3:19, lezen we over Israël: ”Zie, in die tijd ga Ik optreden tegen al uw verdrukkers. Ik zal verlossen wie mank gaat, bijeenbrengen wie verdreven is. Ik zal hen maken tot lof en tot een naam in heel het land waar zij gesmaad werden.”

Roger van Oordt

De auteur

Roger van Oordt

Roger van Oordt is honorair consul van de staat Israël.

Doneren
Abonneren
Agenda