Net zoals gebeurde tijdens eerdere gevechtsrondes tussen Israël en de terreurorganisaties Hamas en Hezbollah, wordt de Joodse staat ook in het kader van de ‘7 oktoberoorlog’ door veel westerse en Nederlandse actiegroepen, media en politieke actoren valselijk ervan beschuldigd genocide op de Arabische bevolking te plegen. Israël zou dit dan doen door opzettelijk en met excessief geweld burgerdoelen te bestoken en daarbij vooral ontelbare ‘onschuldige kinderen te vermoorden’.
In dat verband wordt steevast gretig en kritiekloos gebruikgemaakt van de doortrapte oorlogspropaganda van Hamas en wordt al dan niet bewust ingespeeld op het antisemitische bloedsprookje van de Joodse kindermoordenaars. Het bloedsprookje verwijst naar de middeleeuwse beschuldiging dat Joden niet-Joodse kinderen ontvoeren en vermoorden om hun bloed bij Joodse rituelen te gebruiken, onder andere bij de bereiding van matses voor Pesach. Dit was steevast aanleiding voor bloedige pogroms op Joodse gemeenschappen.
Het eerste bloedsprookje in Europese context vond in 1144 plaats in het Engelse Norwich. De plaatselijke Joden werden ervan beschuldigd op Goede Vrijdag een christelijk jongetje te hebben ontvoerd en doodgemarteld. In de aansluitende pogrom werden zeventien Joden vermoord.
De Joden vergiftigen waterbronnen
Het bloedsprookje ging als een lopend vuurtje door de rest Europa, waar het werd aangevuld met de beschuldiging dat de Joden de waterbronnen van niet-Joden zouden vergiftigen. Op 23 juni 2016 hield PLO/PA-leider Mahmoud Abbas een toespraak in het Europees Parlement, waarbij hij probeerde het Europese bloedsprookje in de Palestijnse context te actualiseren. Volgens Abbas hadden Israëlische rabbijnen de Israëlische regering opgeroepen tot het vergiftigen van de Palestijnse waterbronnen. Na afloop van zijn toespraak kreeg Abbas een staande ovatie van de Europarlementariërs.
Dries van Agt
De notie van de inherente doortraptheid van de Joden is tot op vandaag in het Europese collectieve bewustzijn blijven doorwoekeren. Zo verklaarde de voormalige Franse minister van Buitenlandse Zaken Hubert Védrine op 3 maart 2024 in een tv-interview op Europe 1: “[Israëlische] kolonisten vergiftigen waterbronnen, schieten kinderen neer.”
Een variant op het door de Joden vergiftigen van waterbronnen werd eerder verspreid door de voormalige Nederlandse premier Dries van Agt, die op zijn kruistocht tegen de Joodse staat de ‘Joodse kolonisten’ er ook van heeft beschuldigd Palestijnse graasgronden te hebben vergiftigd, waaraan niet alleen schapen ten prooi vielen, maar ook een driejarig Palestijns meisje. “Zij werd vergiftigd”, aldus een huilende Van Agt in een vraaggesprek dat eind 2021 zonder enige vorm van verificatie door KRO-NCRV werd uitgezonden.
Van Maarten Luther tot A.M. de Jong
Ook kerkhervormer Maarten Luther verspreidde het (oorspronkelijke) bloedsprookje, onder andere in zijn boek Von den Juden und ihren Lügen (1543). Luthers ‘validering’ werd later door de nazi’s gebruikt in publicaties als Der Stürmer.
De notie dat Joden niet-Joodse kinderen voor duistere rituelen vermoorden, is levensgevaarlijk diep doorgedrongen in het (onder)bewustzijn van de westerse volken en hun volkscultuur. In Nederland kreeg het bloedsprookje een plek in de bestseller Merijntje Gijzens Jeugd (1936) van jeugdboekenschrijver A.M. de Jong. Daarin leest men dat de argeloze en vrome Merijntje een Joodse leeftijdsgenoot ontmoet en bij hem meteen de gedachte opkomt: “Ze slachtten christenkinderen en bakten het bloed door hun Paasbrood”.
Pogrom van Kielce
Zelfs onmiddellijk na de Holocaust bleef het bloedsprookje in gebruik. Het speelde een rol in pogroms die na de oorlog in Polen uitbraken. De bloedigste ervan vond plaats in Kielce, in juli 1946, na beschuldigingen dat de Joden in die stad de negenjarige Henryk Blaszczyk zouden hebben ontvoerd, overduidelijk met het doel hem ritueel te slachten. Henryk werd twee dagen later levend aangetroffen. Hij was van huis weggelopen. Toch brak er een pogrom uit die aan 42 Joden het leven kostte en duizenden anderen ertoe bracht Polen te ontvluchten.
Het nieuwe bloedsprookje
Het diep doorgedrongen valse en antisemitische verband tussen Joden en kindermoord verklaart het voortdurend door actiegroepen, media en politici focussen op door de Israëlische strijdkrachten gemaakte “onschuldige kinderslachtoffers”; met de al dan niet expliciete bewering dat Israël daarbij opzettelijk handelt, dat er ‘dus’ sprake is van massamoord met voorbedachten rade op onschuldige kindertjes.
In geen enkel ander gewapend conflict wordt zo nadrukkelijk en met gretig pathos op dit thema ingezoomd en wordt daarbij opzettelijk het woord ‘moord’ gebruikt om legitieme militaire acties te delegitimeren en het leger van de ‘Jood onder de volken’ te demoniseren.
Demoniserende terminologie
Goede voorbeelden zijn het plenaire Gaza-debat dat op 16 mei in de Tweede Kamer plaatsvond, en de mondelinge vragen ter zake in de Vragenuurtjes op 28 mei en 11 juni. Daarin werden door GroenLinks/PvdA, Denk, Dierenpartij en SP mantra's gebruikt die als nooit tevoren de wedergeboorte van het anti-Joodse bloedsprookje lijken te beogen: "Duizenden door Israël vermoorde Palestijnse kinderen"; "Onschuldige kinderen, baby's, vermoord door Israël"; "Israëls oorlog tegen het Palestijnse volk", en nog veel meer.
De woorden 'kinderen' en ‘vermoord’ stonden centraal in deze debatten, en het was overduidelijk de bedoeling van de desbetreffende Kamerleden om op het 'Joden=kindermoordenaars'-thema te blijven hameren. En het bleef vrijwel onbesproken.
Verschillende media haken in op dit thema, waarmee het nog verder in het onderbewustzijn van de publieke opinie wordt ingewassen. Zo pushte bijvoorbeeld het AD in allerlei variaties: "In meer dan X maanden tijd zijn al meer dan X Palestijnen gedood, voornamelijk vrouwen en kinderen".
(Tekst gaat door onder de afbeelding)
De Volkskrant publiceerde op 9 november 2023 (herdenkingsdag voor de Kristallnacht) deze cartoon van Jos Collignon. Eerst insinueert deze tekening dat de internationale tsunami van antisemitisme van na 7 oktober een Joods verzinsel is dat de volle instemming heeft van de ‘lange arm van het gewetenloze Israël’; Vervolgens demoniseert Collignon de Joodse staat met de valse bewering dat het met opzet onschuldige Palestijnse Arabieren in Gaza bombardeert en daarbij inmiddels vierduizend onschuldige kinderen heeft vermoord.
Silicone babylijkjes
Hier is sprake van een succesvolle strategie om Israël op basis van het oude bloedsprookje te demoniseren, een strategie die tijdens eerdere gevechtsrondes ook werkte. Hamas en andere actoren spelen hierop in door het aantal burger- en kinderslachtoffers op te blazen en waar mogelijk te illustreren met zogenoemde 'Pallywood-producties' waarbij men er zelfs niet voor terugschrikt om met make-up toegetakelde siliconen babypoppen als “door Israël vermoorde kindertjes” aan de pers te tonen. De erbij betrokken ‘journalisten’ zijn meestal leden van de propagandadienst van Hamas.
Vanzelfsprekend wordt door Hamas en hun publicitaire handlangers verzwegen dat het merendeel van de wel daadwerkelijk tijdens gevechtshandelingen omgekomen kinderen geen baby’s of kleuters zijn, maar minderjarigen (15-19 jaar) die zich als combattanten in het strijdperk hebben begeven. Binnen het UNRWA/Hamas-onderwijs worden kinderen al vanaf vier jaar oud klaargestoomd om uiteindelijk moord en doodslag op Joden te plegen en daarbij als kindsoldaten het felbegeerde martelaarschap te omhelzen.
Enorme politieke gevolgen
De beschuldigingen over genocide en gewetenloze kindermoord zijn echo’s van de propagandamachine van Hamas, PLO, en rabiaat anti-Israëlische organisaties als Amnesty International en UNRWA. We zien als gevolg van deze voortdurende ophitsing het antisemitisme wereldwijd exploderen. Daarnaast leidt deze op de manipulatie van collectieve emoties gebaseerde propaganda tot sancties en politieke acties, zoals het nu door Nederland ingezette traject bij de EU-associatieraad om het verdrag met Israël op te schorten.
Israël op zwarte lijst wegens “misdrijven tegen kinderen”
Politici tot op het hoogste internationale niveau gebruiken deze valse aantijgingen of maken zichzelf aan de verspreiding ervan schuldig. Zo plaatste VN-secretaris-generaal António Guterres Israël op 7 juni hoogstpersoonlijk op de zwarte lijst van landen en groeperingen die de fundamentele belangen en rechten van kinderen schenden. Daar kwam Israël terecht in het gezelschap van Rusland en terreurorganisaties als IS, al-Qaeda, Boko Haram en Hamas.
Volgens Israëlische zegslieden was al het verzet tegen deze gang van zaken vruchteloos gebleken. “De huidige secretaris-generaal haat Israël”, aldus een van hen. “Het is onmogelijk om hem [op dit punt] te beïnvloeden. Het feit dat Israël op deze lijst is gezet, is zeer problematisch en kan andere landen ertoe brengen een wapenembargo tegen Israël in te stellen.”
De Israëlhaat van Europese functionarissen
Ook in andere politieke gremia gaan hoge functionarissen ophitsend tegen Israël tekeer. Op zaterdag 8 juni, enkele uren na Israëls succesvolle Israëlische bevrijdingsoperatie van vier gijzelaars, veroordeelde de hoge vertegenwoordiger voor Buitenlandse Zaken van de EU, de Spanjaard Josep Borrell, die actie als “een nieuwe massamoord op Gazanen”. Borrells bericht werd geretweet door zijn assistent en speciaal Europese gezant voor ‘het vredesproces in het Midden-Oosten’, de Nederlandse VVD’er Sven Koopmans, van 2017-2021 nog lid van de Tweede Kamer.
De carrièrediplomaat Koopmans onderschrijft steeds braaf de Israëldemoniserende uitspraken van zijn baas Borrell, die op 4 juni in de slotresolutie van een Amsterdamse conferentie van tweehonderd Europese Joodse leiders werd beschuldigd van het bevorderen van antisemitisme en criminalisering van de Joodse staat, vanwege zijn systemisch uitgedragen rabiaat anti-Israëlische standpunten. Zo bekrachtigde en verspreidde Koopmans op 27 mei een X-bericht waarin Borrell de Joodse staat beschuldigde van het uitvoeren van “luchtaanvallen die tientallen ontheemden doodden, waaronder kleine kinderen” (cursief van mij, WK).
‘Hongersnood ingezet als wapen’
Koopmans onderschreef ook Borrells ongehoorde en aantoonbaar valse beschuldigingen als zou Israël in de Gazastrook opzettelijk een hongersnood hebben veroorzaakt. Op 5 april was daarbij sprake van een bizarre Europese drietrapsraket, waarbij Borrell een demoniserend en ophitsend leugenbericht verspreidde van de voorzitter van de Europese Raad, de Belg Charles Michel.
Die had valselijk beweerd dat “Gazaanse kinderen en zuigelingen door ondervoeding sterven” en dat Israël [het veroorzaken van] honger moedwillig inzet als “oorlogsinstrument”. Ook dat X-bericht, waarmee de Joodse staat een massale kindermoord in de schoenen werd geschoven, werd door de vredesgezant Koopmans onderschreven en verder verspreid. Er volgde geen enkele ophef over deze klassiek-antisemitische ophitsing en ook het feit dat er geen enkel bewijs voor was, bleef onbesproken.
Tweestatenoplossing
Hoe diep de weerzin is van vooral Europese functionarissen tegen de Joodse staat is bijna voelbaar en kan niet los gezien worden van hun even systemische lastercampagne tegen de Joodse inwoners van Judea en Samaria. Die campagne sluit weer aan op de onderliggende Europese agenda waarnaar steeds opnieuw door hen wordt verwezen: het aan Israël opleggen van de ‘tweestatenoplossing’ en het in dat kader uiteindelijke gedwongen vertrek van de Joden uit de bakermat van de Joodse beschaving. Via hun bijna vanzelfsprekend door media en politiek onweersproken valse anti-Israëlische uitspraken en laffe steunbetuigingen van deze lieden doordesemen de Israël- en Jodenhaat het politieke bedrijf en de publieke opinie steeds verder.
De geschiedenis herhaalt zich.
Israël, afgebeeld als gewetenloze Joodse nazistaat en gretige massamoordenaar van onschuldige Palestijns Arabische vrouwen en kinderen, tijdens Israëls legitieme zelfverdedigingsoperatie ‘Gegoten Lood’ tegen Hamas (27 december 2008 – 18 januari 2009). Cartoon van Pat Oliphant, op 25 maart 2009 gepubliceerd door The New York Times en tientallen andere vooraanstaande internationale media. Net als de Nederlander Jos Collignon werd Oliphant berucht vanwege zijn antisemitische werk, dat evenwel met kennelijke instemming door ‘fatsoenlijke’ media zoals The New York Times en de Volkskrant werd gepubliceerd. Volgens een later VN-rapport kwamen tijdens ‘Gegoten Lood’ ca. 1400 Palestijnse Arabieren om het leven. Volgens Israël waren het er 1166, waarvan 709 Hamas-combattanten. Voor zover er tijdens de operatie onschuldige burgers zijn omgekomen waren dat personen die door Hamas als menselijk schild waren gebruikt.
Dit is een artikel uit onze krant Israël Aktueel. Word gratis abonnee via de onderstaande knop: